26
1.7 Beproeven
van installatie
Beproeft leidingsystemen volgens de geldende nor-
men
Werkt veilig en volgens de milieuvoorschriften
Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van materialen
en gereedschappen nodig voor het beproeven van
de installatie
Beproeft systematisch ter voorkoming van tekort-
komingen en lekkages
1.8 Instellen
van compo-
nenten en in-
stallatie
Stelt toestellen en appendages in volgens specifica-
ties
Zorgt dat de installatie volgens specificaties werkt
1.9 begeleiden
installatie-
werkzaamhe-
den
Begeleidt (leerling)monteurs op duidelijke wijze
Beantwoordt vragen van (leerling)monteurs duide-
lijk
Overlegt met de klant over de uit te voeren werk-
zaamheden
Overlegt met de onderaannemers/leveranciers over
de uit te voeren werkzaamheden
Maakt taakverdeling
Bewaakt de voortgang
1.10 Afronden
installatie-
werkzaamhe-
den
Rapporteert klachten en incidenten
Rapporteert verbetervoorstellen
Voert afval op een milieuvriendelijke manier af
Laat een opgeruimde en schone werkplek achter
Ruimt gereedschap netjes op
Overlegt met de klant over het geleverde werk
Informeert de klant over het gebruik van het gele-
verde werk