16
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
GESPECIALISEERD PEDAGOGISCH MEDEWERKER 4 KINDEROPVANG
voldoende
goed
onvoldoende
U Omgaan met
verandering en
aanpassen
–– met diversiteit (tussen
mensen) omgaan
p
Dit betekent dat:
• je respect toont voor de verschillende achtergronden van
kinderen (en ouders/vervangende opvoeders)
• je in staat bent om vragen of problemen vanuit diverse
gezichtpunten te bekijken
zodat:
• de eigenheid van het kind (en ouders/vervangende
opvoeders) gerespecteerd wordt.
Werkproces 2.2 Biedt het kind persoonlijke verzorging
C Begeleiden
–– adviseren
P
Dit betekent dat:
• je het kind adviseert over de persoonlijke verzorging
zodat:
• je zorgt dat het kind inzicht krijgt in de persoonlijke
verzorging en dit (zoveel mogelijk) zelfstandig kan
uitvoeren.
F Ethisch en integer
handelen
–– integer handelen
p
Dit betekent dat:
• je discreet omgaat met lichaamscontact tijdens de
persoonlijke verzorging
• je de vertrouwelijkheid respecteert
zodat:
• je zorgt dat het kind zich op zijn gemak voelt.
K Vakdeskundigheid
toepassen
–– vakspecifieke mentale
vermogens aanwenden
P
Dit betekent dat:
• je de dynamiek van (met name) baby’s en jonge kinderen
herkent
• je continu alert bent op deze dynamiek
zodat:
• je tijdig en adequaat reageert en daarmee ongelukken
voorkomt.
R Op de behoeften en
verwachtingen van de
klant richten
–– aansluiten bij behoeften
en verwachtingen
p
Dit betekent dat:
• je het specifieke kind de juiste verzorging biedt; op de
persoon toegesneden
zodat:
• je aan de behoefte van het kind voldoet.
T Instructies en
procedures opvolgen
–– werken conform
voorgeschreven procedures
R
Dit betekent dat:
• je je bij de verzorging en bij ongevallen houdt aan de
procedures en richtlijnen
zodat:
• je de veiligheid van het kind steeds waarborgt.