Inspecteert apparatuur/installaties
63
Bijlage 6
Monitor
Student:
A B C D
werkvorm
beoordelingsvorm
beoordelaars
BPV
go/no go
Kerntaak
Werkproces
Code
Competenties
Prestatie-indicator of
verwacht gedrag afgeleid van de prestatie-indicator
leerling
praktijkopleider
docent
score O-V-G
Stap 1 Oriënteren
Beschrijving van de
werkzaamheden/installatie
Documentatie
ind P ab
1.1
Voorbereiden van inspectie
E
Samenwerken en
overleggen
Je bespreekt de opdracht met de leidinggevende.
Je vraagt bij onduidelijkheid om uitleg aan de leidinggevende, zodat er geen misverstanden
over de werkzaamheden bestaan.
Stap 2 Plannen
Planning werkzaamheden
Planning verwerven kennis/vaardigheden
Activiteitenplanner
ind P ab
1.1
Voorbereiden van inspectie
E
Samenwerken en
overleggen
Je bespreekt de eindopdracht met de leidinggevende.
Je vraagt bij onduidelijkheid om uitleg aan de leidinggevende.
Je werkt eventueel samen met andere medewerkers/studenten.
K
Vakdeskundigheid
toepassen
Je verzamelt de noodzakelijke kennis van de apparatuur en installatie.
Je zorgt dat je de noodzakelijke meet- en regelapparatuur beschikbaar hebt. Je
maakt een werkplanning waarbij je voorkomt dat er binnen het bedrijf knelpunten
ontstaan.
Stap 3 Voorbereiden
ind P ab
1.1
Voorbereiden van inspectie
E
Samenwerken en
overleggen
Je verzamelt alle benodigde informatie.
Je toont een proactieve rol bij het inwinnen van informatie.
K
Vakdeskundigheid
toepassen
Je kent de beschikbare materialen en meettoestellen, zodat je het juiste materieel
gebruikt voor de werkzaamheden.
Stap 4 Uitvoeren
ind P ab
E
Samenwerken en
overleggen
Je informeert bij de klant over de werking van de installatie.
Je controleert de geschiedening van de installatie, zodat je globaal de staat van de
installatie kunt beoordelen
1.2
Uitvoeren van visuele inspectie
Complexiteit
Monitor
Product
Beoordeling
Onderhoudsmonteur installatietechniek (95472)
Montage-oefeningen
Meetoefeningen
Opmerkingen
Beroepstaak BT 1
Inspecteert
apparatuur/installaties
Verslag werkzaamheden
Verslag veiligheidsmaatregelen
e ku o r el
.
K
Vakdeskundigheid
toepassen
Je controleert de werking van het toestel en vergelijkt dit met het te verwachten beeld.
Je signaleert en interpreteert afwijkingen en stelt voor de hand liggende zaken vast.
1.3
Nemen van voozorgmaatregelen
T
Instructies en
procedures opvolgen
Je neemt de nodige voorzorgsmaatregelen, zodat je veilig kunt werken.
Als de installatie niet veilig werkt, neem je deze uit bedrijf.
Stap 5 Controleren
ind P l
1.4
Uitvoeren van metingen en testen
K
Vakdeskundigheid
toepassen
Je controleert, aan de hand van de meetgegevens, of de installatie goed functioneert en
zorgt dat eventuelen afwijkingen worden gerapporteerd.
L
Materialen en middelen
inzetten
Je gebruikt verschillende meetapparaten efficiënt.
Je zorgt dat de diagnosegegevens voor de klant en het bedrijf (digitaal) beschikbaar zijn.
Je zorgt dat de apparatuur zorgvuldig wordt behandeld.
T
Instructies en
procedures opvolgen
Je werkt volgens de geldende normen, zodat de status- en onderhoudsgegevens op een
veilige wijze beschikbaar komen.
Stap 6 Beoordelen
Rapportage oplevering
ind P pra
1.5
Rapporteren inspectie
J
Formuleren en
rapporteren
Je vult de formulieren correct in.
Je vult de formulieren volledig en nauwkeurig in, zodat het bedrijf over alle noodzakelijke
gegevens van de installatie geïnformeerd wordt.
Stap 7 Terugkijken
Terugkijkverslag
Verslag klantcontact
ind P
ci
ab
1.5
Rapporteren inspectie
J
Formuleren en
rapporteren
Je verwerkt de status-, onderhouds- en storingsgegevens in een inspectierapport dat voldoet
aan de eisen van het bedrijf.
Je informeert de klant over de onderhoudssituatie en zo nodig over de bediening en het
gebruikt van de installatie.
Inspectie/meetrapport