18
Constructiewerker
StaP 3
Je competentieontwikkeling bij deze stap
Werkprocessen en competenties
d a g
1.2
Machines en
gereedschap-
pen in- en
afstellen
K Vakdeskundigheid toepassen
Je gebruikt je kennis van machines en gereedschappen om het in- en afstellen van machines
en gereedschappen vakkundig uit te voeren,
zodat
de instellingen en parameters voldoen aan
de eisen van het te maken product.
l
Materialen en middelen inzetten
Je kiest, controleert en gebruikt materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor
het verplaatsen, bewerken en vervormen van het materiaal.
Je zorgt ervoor dat machines en gereedschappen goed in- en afgesteld zijn.
t Instructies en procedures volgen
Je past de geldende bedrijfsregels en procedures toe bij het in- en afstellen van machines
en gereedschappen,
zodat
de instellingen en parameters voldoen aan de eisen van het te
vervaardigen product.
1.3
bewerken en
vervormen van
materiaal
K Vakdeskundigheid toepassen
Je bewerkt en vervormt het materiaal vakkundig en nauwkeurig volgens tekeningen,
bewerkingsinstructies, bedrijfsregels en Arbo-voorschriften.
l
Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt zorgvuldig materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor het
bewerken en vervormen van het materiaal,
zodat
het werk veilig kan worden uitgevoerd.
1.5
begeleiden
van minder
ervaren
collega´s
C begeleiden
Je gebruikt zorgvuldig materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor het
bewerken en vervormen van het materiaal,
zodat
het werk veilig kan worden uitgevoerd.
K Vakdeskundigheid toepassen
Je legt het samenbouwen van deelproducten begrijpelijk uit, demonstreert dit en controleert of
het begrepen is,
zodat
minder ervaren collega´s het werk goed uitvoeren.
1.6
Meten, testen
en controleren
van
vervaardigde
producten
J formuleren en rapporteren
Je legt de meetresultaten vast op de juiste formulieren,
zodat
leidinggevende het kan
controleren.
l
Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt zorgvuldig voor meetgereedschappen en materieel en persoonlijke
beschermingsmiddelen die nodig zijn voor het meten en controleren van de vervaardigde
producten,
zodat
deze metingen doeltreffend worden uitgevoerd.
t Instructies en procedures opvolgen
Je maakt gebruik van de voorgeschreven meetmethoden en meetinstrumenten,
zodat
het eindproduct aan alle specificaties voldoet.
1.7
Afronden van
werkzaam-
heden m.b.t.
productver-
vaardiging
f
ethisch en integer handelen
Je houdt rekening met je omgeving en maakt de werkplek schoon en voert het afvalmateriaal
gescheiden af,
zodat
je daarbij Arbo-, veiligheid- en milieuvoorschriften in acht neemt.
l
Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt de juiste middelen om de producten en werkplek schoon te maken,
zodat
de producten niet worden aangetast.
t Instructies en procedures opvolgen
Je vult alle juiste formulieren in met de correcte informatie volgens voorgeschreven
bedrijfsprocedures,
zodat
de gegevens verwerkt kunnen worden.