18
Bijlage 2
Kennis en vaardigheden
Opdracht A. Gebruiks- en doseringscontrole
Kennis
heeft brede kennis van preventieve maatregelen en leefstijlinterventie
heeft specialistische kennis over patiëntveiligheid
heeft specialistische kennis van de menselijke anatomie gerelateerd aan farmacologie
heeft specialistische kennis van diverse cliëntgroepen zoals leeftijdsgroepen, culturele achtergronden en chronisch
zieken
heeft specialistische kennis van landelijke formularia volgens procedures en protocollen conform de normen van de
beroepsorganisatie KNMP en NVZA
Vaardigheden
kan ICT vaardigheden toepassen
kan volgens geldende protocollen en richtlijnen werken
kan (h)erkennen en handelen t.a.v. (bijna) incidenten om schade voor de cliënt te beperken, openheid te bieden en
herhaling te voorkomen