45
Projectdossier/weekstaten
Werken in een BPV-bedrijf betekent: meedraaien binnen het bedrijf volgens gemaakte
afspraken. Vanaf het begin van de BPV zet je je beste beentje voor. Je toont ambitie
en gedrevenheid en je leeft natuurlijk de Arbo-regels na. Vanaf de eerste dag houd
je je projectdossier bij. Dat betekent dat je de uitgevoerde werkzaamheden dagelijks
in de weekstaat vastlegt. Een nauwkeurige beschrijving van je werkzaamheden biedt
de mogelijkheid om aan te tonen aan welke werkprocessen je gewerkt hebt en welke
competenties je ontwikkelt. Ook is het een houvast voor de evaluatie. De ingevulde
weekstaten bewaar je in je dossier en je stuurt een kopie naar je BPV-begeleider.
Voor de weekstaten kun je gebruik maken van bijlage 6.
Loopbaanonderzoek
In elk bedrijf komen diverse functies voor; allemaal met hun eigen taken, verant-
woordelijkheden en werkomstandigheden. Om een beter beeld te krijgen van de
functies binnen jouw BPV-bedrijf interview je drie personeelsleden met verschillende
functies. Bij voorkeur drie functionarissen die in de eerste drie projectwijzers aan bod
zijn gekomen. Maak met de drie functionarissen tijdig een afspraak van ongeveer
een half uur! Leg de antwoorden van de interviews vast. Bijlage 9 geeft handrei-
kingen voor dit loopbaanonderzoek.
Tussentijds evaluatiegesprek
Halverwege de BPV houd je een tussentijds evaluatiegesprek en aan het eind van
de BPV-periode een eindevaluatiegesprek. Om de ontwikkelingen vast te leggen
vraag je de praktijkopleider het formulier ‘Tussentijdse evaluatie’ van bijlage 7 in te
vullen. Je bewaart het ingevulde formulier in je dossier en stuurt een kopie naar je
BPV-begeleider.
Bezoek projectbegeleider
Tijdens de BPV-periode komt een BPV-begeleider op bezoek om samen met jou
en de praktijkopleider de voortgang te bespreken. Maak hier een kort verslagje
van (half A4). Je bewaart het origineel in je dossier en stuurt een kopie naar je
BPV-begeleider.
Product en bedrijfsmatig onderzoek
Behalve de oriëntatie op de verschillende functies is het ook goed om naar het bedrijf
zelf te kijken (producten, klanten, marktgebied, hoe men met Arbo- en milieuvoor-
schriften omgaat etc.) Welke afdelingen zijn er binnen het bedrijf en wat gebeurt er
op elke afdeling? Verder is het interessant om te kijken hoe de goederen- en infor-
matiestromen binnen het bedrijf lopen. Wordt er eigenlijk wel projectmatig gewerkt?
Doe hierover een product- en bedrijfsmatig onderzoek aan de hand van de handrei-
kingen in bijlage 10. Maak voor dit onderzoek tijdig een afspraak van ongeveer een
half uur met iemand van de leiding. Bijvoorbeeld iemand van de directie, de bedrijfs-
leiding, de afdelingschef of je praktijkopleider. Leg de antwoorden van het interview
vast in een verslag. In dat verslag geef je als laatste een mening of je beroepsoriëntatie
en daarmee je project ‘Searching on the job’ is geslaagd.
