006120900002 - page 22

of die opdracht(en) van het vereiste niveau is/zijn. Wanneer je BPV-bedrijf
op het tijdstip dat jij examen doet geen opdrachten van het vereiste niveau
heeft, mag je een opdracht die het BPV-bedrijf al eerder heeft uitgevoerd
als examenopdracht gebruiken.
Wat doe je en waarop word je beoordeeld?
Je onderzoekt wat je straks tijdens de examenperiode precies gaat doen
om de werkzaamheden uit hoofdstuk 5 uit te voeren. Welke
activiteiten
worden er per werkproces van je verwacht en welke producten moet je
inleveren?
Je onderzoekt waarop je wordt beoordeeld (zie hoofdstuk 6). Welke
competenties moet je aantonen en welke eisen horen daarbij? Welke
aanvullende eisen worden aan de producten gesteld?
De afsluitingsplannen
Per werkproces schrijf je de opdracht waaraan je gaat werken nauwkeurig
uit in een afsluitingsplan. Ook alle activiteiten die je bij het werkproces
uitvoert en de producten die je gaat inleveren schrijf je daarin op. Voor het
afsluitingsplan gebruik je het voorbeeld uit bijlage 1. Het afsluitingsplan
dien je ter goedkeuring in op school en eventueel bij je BPV-bedrijf.
4.2 Invul len afslui t ingsplannen
In bijlage 1 vind je het formulier voor een afsluitingsplan.
Je maakt een afsluitingsplan per werkproces. Je levert daarom in totaal
zeven
afsluitingsplannen in. Drie afsluitingsplannen voor de werkpro-
cessen 1.1 tot en met 1.3 van kerntaak 1 en vier afsluitingsplannen voor de
werkprocessen 2.1 tot en met 2.4 van kerntaak 2.
Jebegeleider van school zal je helpenbij het invullen van een afsluitingsplan.
In een afsluitingsplan vul je eerst in om welk werkproces het gaat. Een
compleet overzicht van alle werkprocessen per kerntaak vind je in
paragraaf 2.2.
Je vult je naam, je cohort en het crebonummer van je opleiding in. De
laatste twee gegevens krijg je van je school.
In de tweede tabel geef je dan aan waar je het werkproces uitvoert. Je
kruist ook aan waar je opdracht voor het werkproces vandaan komt.
Vervolgens omschrijf je kort en bondig de opdracht die je voor het
werkproces uit gaat voeren. Je geeft daarbij ook aan wie je begeleider
is en op welke wijze hij je ondersteunt. Je geeft aan of en in hoeverre je
de opdracht individueel uitvoert en wat jouw verantwoordelijkheden zijn.
22
Examendossier
1...,12,13,14,15,16,17,18,19,20,21 23,24,25,26,27,28,29,30,31,32,...105
Powered by FlippingBook