CZW20120152 - page 12

10
Competenties
- componenten
Ontwikkelingsgericht
Prestatie-indicatoren
SOCIAAL CULTUREEL WERKER - Fase 2
voldoende
goed
onvoldoende
Werkproces 3.3 Voert coördinerende taken uit
B Aansturen
–– instructies en aanwijzingen
geven
–– richting geven
p
Dit betekent dat:
• je concrete afspraken maakt met o.a. stagiairs en vrijwilligers
• je zorgt voor duidelijke instructies
zodat:
• zij weten wat er van hen verwacht wordt
• hun rol en taken helder zijn.
E Samenwerken en
overleggen
–– afstemmen
p
Dit betekent dat:
• je regelmatig met collega’s overlegt
zodat:
• de kennis en ervaring van de diverse collega’s optimaal
benut worden.
Q Plannen en
organiseren
–– doelen en prioriteiten
stellen
–– activiteiten plannen
p
Dit betekent dat:
• je prioriteiten stelt
• je activiteiten ruim van tevoren in kaart brengt
zodat:
• mensen en middelen op het gewenste moment beschikbaar
zijn
• taken/activiteiten uitgevoerd worden.
Werkproces 3.7 Werft vrijwilligers
H Overtuigen en
beïnvloeden
–– indruk maken op anderen
p
Dit betekent dat:
• je de vrijwilliger duidelijk uitlegt wat zijn taken zijn
zodat:
• hij weet wat er van hem verwacht wordt.
I Presenteren
–– duidelijk uitleggen en
toelichten
t
Dit betekent dat:
• je op een aansprekende manier laat weten dat je behoefte
hebt aan vrijwilligers
zodat:
• je daarmee hun aandacht trekt.
1...,2,3,4,5,6,7,8,9,10,11 13,14,15,16
Powered by FlippingBook