4 / 34
BEROEPSTAAK
CNC OPERATIONEEL MAKEN
4
INTRODUCTIE OP DE
BEROEPSTAAK
In deze beroepstaak
Volgens de 7 stappen van het BGL ga je leren om een CNC-
ponsmachine en kantbuigmachine te bedienen.
Om dit te kunnen moet je bepaalde vaardigheden beheersen en
bepaalde competenties bezitten.
Ondertussen wordt er gekeken hoe jij deze competenties en
vaardigheden aanleert en of je deze al bezit.
De competenties die jij al bezit, worden in een POP (Persoonlijk
Ontwikkel Plan) vastgelegd.
Dit wordt gedaan samen met je begeleider.
Na deze beroepstaak
Als je deze beroepstaak goed uitvoert, kun je op het niveau van
operator CNC-ponsen niveau 1:
• ponsgereedschap samenstellen met de juiste snijspeling
• bepalen of een gereedschap scherp of stomp is
• ponsgereedschappen instellen in de machine (revolver of
houder)
• het juiste programma laden in de machine en uitlezen en
opslaan in de computer
• met alle betrokkenen in het werkproces overleggen, zodat de
werkzaamheden goed verlopen en resulteert in goede
producten, die binnen de gestelde tijd zijn geproduceerd
• de werkstuktekening en de uitslagtekening juist interpreteren
• werkstuk en uitslag juist meten volgens de gestelde normen
van de tekening
• de juiste documenten invullen evenals ordergeleide bonnen,
storingsformulieren, kwaliteitsformulieren en
onderhoudsformulieren
• ponsgereedschappen op de juiste manier uithalen en deze op
de juiste manier uit elkaar halen, schoonmaken en opbergen
• de machine en de werkplek schoonhouden en de machine voor
de volgende bewerking gebruiksklaar maken
• de machine schoon houden en volgens het smeerschema
smeren met de juiste smeermiddelen
• werken volgens de veiligheids-, Arbo- en bedrijfsregels