Studiegids-Werkboek pupillentrainer

© Academie ǀ seizoen 2013/’14 Studiegids/ werkboek

Opdracht 1.2 Coachen tijdens een wedstrijd (uitwerking)

Opdracht

Coach tijdens een wedstrijd jouw (stage)team

Doel

Je leert:  Het coachen en begeleiden van spelers voor, tijdens en na de wedstrijd  Positief coachen  Te coachen op basis van de structuur van voetballen  Het maken van coachopmerkingen afgestemd op de (voetbal)ontwikkeling van de spelers (algemene uitgangspunten en voetbalhandelingen)  Op basis waarvan een opstelling wordt gemaakt en er wordt gewisseld  Het maken van afspraken rondom de wedstrijd (op tijd komen etc.) en het afhandelen van wedstrijdformaliteiten  Corrigeren van spelers als afspraken niet worden na gekomen Stappen waarlangs de opdracht kan worden uitgevoerd:  Bestudeer ‘van wedstrijd naar training in 3 stappen’ (zie bijlage) : stap 1 ‘het lezen van voetballen’ en stap 3 ‘gericht coachen’ staan centraal  Bepaal een opstelling en denk na over het wisselen van spelers  Vang de spelers op in de kantine of afgesproken verzamelplaats en begeleidt de spelers naar de kleedkamer  Bereid een korte wedstrijdbesprekingvoor (gebaseerd op de structuur van voetballen, waarbij algemene uitgangspunten en voetbalhandelingen een plek krijgen)  Maak samen met de spelers in de wedstrijdbespreking afspraken over de manier van omgang met elkaar, tegenstander en scheidsrechter  Noteer de mogelijke coachopmerkingen/aanwijzingen gericht op de algemene uitgangspunten en voetbalhandelingen  Coach tijdens een wedstrijd je (stage)team: waarbij het accent ligt op aanvallen en/of verdedigen  Zorg dat de coaching aansluit bij het niveau en beleving van de spelers (leeftijdskenmerken)  Wat voor een soort coachopmerkingen maak je: compliment, vraag of aanwijzing  Turf het aantal complimenten dat je hebt gegeven, bijvoorbeeld 5 van de 20 (of laat dit doen)  Corrigeer spelers als afspraken niet worden nagekomen  Bevraag spelers wat zij van de coaching vinden (niet alleen wat je zegt, maar ook hoe je coacht)  Handel formaliteiten af na afloop van de wedstrijd (wedstrijdformulier, Tijdens een wedstrijd van je (stage)team

Waar voer je de opdracht uit? Hoe voer je de opdracht uit?

tegenstander en scheidsrechter bedanken, materialen, etc.)  Evalueer (het effect van) je coachopmerkingen. Levert het gedragsverandering op?

50