CZW20120014

maak jemet je begeleider afspraken over de duur van je opdracht. Richtlijn daarbij is dat er in de afgesproken periode ook daadwerkelijk coördinerende activiteiten rondom de zorgvrager te plannen zijn, bijvoorbeeld eenMDO, een familiegesprek. Indien je in een setting je BPV hebt waarin sprake is van een zeer beperkt aantal zorgvragers (zes of minder), bestaat demogelijkheid dat je school de opdracht aanvult met een of meerdere fictieve zorgvragers, bijvoorbeeld in de vorm van casuïstiek. Deze aanpassing gebeurt altijd in overlegmet de BPV en de school. Het specifieke bewijs van deze opdracht bestaat uit vijf uitgewerkte casussen waarin de hele zorgmet achtergronden beschreven worden. Het zorgplan is hier een onderdeel van. Beroepsprestatie 3.2 Professionaliseren Deze beroepsprestatie gaat over deskundigheidsbevordering en het geven van werkbegeleiding. Ook het zelfstandig uitvoeren van verantwoordelijke diensten is een onderdeel van deze beroepsprestatie. Opdracht B . van deze beroepsprestatie gaat over het uitvoeren van verantwoordelijke diensten. Het uiteindelijke resultaat van deze beroepsprestatie is dat je voldoende functioneert als oudste van dienst op een afdeling, in een woongroep, in een wijk (onder supervisie van de gediplomeerd verpleegkundige) en in de kraam. Voordat je hiertoe in staat bent, zul je eerst een goed beeldmoeten krijgen van alle werkzaamheden, taken en verantwoordelijkheden die bij deze rol horen. Start met het uitvoeren van deeltaken en begin klein (coördineren van een gedeelte, bijvoorbeeld enkele zorgvragers of één kamer). Start ook met het uitvoeren van deze opdracht op een rustigmoment, in een rustige dienst. Daarna kun je dit uitbreiden naar demomenten waarin demeeste coördinerende activiteiten plaatsvinden. Bouw op diemanier je vaardigheden geleidelijk op. Je begeleider blijft op de achtergrond aanwezig en kan zodoende ingrijpen wanneer nodig of geconsulteerd worden door jou. Als je jouw BPV in de thuiszorg of kraamzorg hebt, overleg danmet je begeleider in de praktijk over demogelijkheden voor deze opdracht. In de kraamzorg kun je denken aan bijvoorbeeld de coördinatie van enkele kraamgezinnen. Als je samenmet een gediplomeerde collega naar een kraamgezin gaat, kun je de rollen omdraaien. Jij coördineert de hele zorg en je collega werkt volgens jouw plan. In de thuiszorg kun je denken aan de coördinatie van de zorg voor enkele zorgvragers in de wijk of het aanspreekpunt zijn voor vragen van je collega’s die zorgverlenen aan andere zorgvragers in de wijk. Mogelijk kun je ook de zorgroutes plannen of aanpassen bij calamiteiten, bijvoorbeeld in een avond-of weekenddienst. Opdracht C . gaat over het begeleiden van een student. Kies hiervoor een student van hetzelfde niveau die nog niet zo ver is met haar opleiding of van een lager niveau. Ook snuffelstages of een introductieperiode lenen zich goed voor deze opdracht.

70

VERZORGENDE-IG 3 - Fase 1, 2 EN 3

Made with