Anouke Bakx, Anje Ros en Erik Bolhuis - Cyclisch onderwijs ontwerpen

hoofdstuk 1    De leraar als ontwerper

Figuur 1.2 Leerlingvragenlijst naar goed leraarschap: de leraarspin (Bakx, 2015, p. 34).

Leerlingen noemden het meest:  uitleggen,  humor,  aardig,  behulpzaam,  streng, maar niet te streng,  lesgeven,  lief,  leuke dingen doen,  goed omgaan met kinderen, en  kennis. Als je naar deze kwaliteiten kijkt, zie je dat leerlingen vooral kwaliteiten noemen die te maken hebben met de pedagogische bekwaamheid en het creëren van een prettige leeromgeving (humor, aardig, be- hulpzaam, streng, maar niet te streng, lief, leuke dingen doen en goed omgaan met kinderen). Uitleggen (het meest genoemd) hoort bij de vakdidactische bekwaam- heid, en kennis (op de tiende plaats) hoort bij de vakinhoudelijke bekwaamheid. Met alle antwoorden van de leerlingen op een rij wordt duidelijk dat leerlingen vooral behoefte hebben aan een leraar die oog heeft voor wat zij nodig hebben, die naar hen luistert en die op een fijne en goede manier lesgeeft. Leerlingen laten in hun antwoorden zien dat ze zich goed realiseren dat ze op school komen om iets te leren, maar ze willen dat graag doen in een fijne leeromgeving waarin de leraar onderwijs kan ontwerpen dat hen inspireert en waar ze iets van leren. Uit de praktijk: De leraarspin In de eerste week van het nieuwe schooljaar laat meester Peter alle kinderen uit zijn klas een leraarspin invullen. Zo wil hij inzicht krijgen in de vraag wat voor zijn klas de ideale leerkracht is. Meester Peter hoopt dat hij door dit inzicht een leerkracht kan zijn die, voor 

30

Made with FlippingBook - Online catalogs