006IPTKS0021

006IPTKS0021

N I V E A U 3

I N S T A L L E R E N Verhelpen van storingen

Uitstroom Eerste monteur elektrotechnische installaties [Crebo 94281] 5

N I V E A U 3 INSTALLEREN

Verhelpen van storingen

5

Uitstroom Eerste monteur elektrotechnische installaties [Crebo 94281]

69368889 Bestelnummer 006IPTKS0021

© 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstand- koming van deze projecttaak Frits Buter, ROC Landstede Pieter Geurts, ROC Gilde Opleidingen Ontwikkelteamleider Willem van Dijk Redactie Ton Zuijderduin, Marjo Brok en Willem van Dijk Omslag/ Lay-out Studio Blanche Foto’s Frits Buter Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK . . . . . . . .4

STAP 1 ORIËNTATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8

STAP 2 PLANNING EN VOORBEREIDING . . . . . . . . . . .12

STAP 3 UITVOERING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19

STAP 4 OPLEVERING EN EVALUATIE . . . . . . . . . . . . .23

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR . . . . . . . . . . . . . . .27

BIJLAGE 2 FORMULIER URENVERANTWOORDING . . . . .29

BIJLAGE 3 EVALUATIEFORMULIER LLB . . . . . . . . . . . . . .30

BIJLAGE 4 PROJECTTAAKPLANNER . . . . . . . . . . . . . . . .31

INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK

Als Eerste Monteur Elektrotechnische Installaties krijg je te maken met storingen van elektrische installaties in ruimten en gebouwen. Dat kan in woningen zijn, maar ook in kantoorgebouwen, bedrijfsgebouwen en op de terreinen die daarbij horen. Tot je takenpakket behoort het systematisch opsporen van storingen en het (laten) repareren van de apparatuur of de installatie. Je kunt ook de apparatuur instellen volgens de specificaties. Als je fouten of afwijkingen in de installatie constateert, herstel je deze. Dit betekent dat je van diverse installa- ties kennis moet hebben. Als storingsmonteur werk je vaak onder tijdsdruk omdat de installatie zo snel mogelijk weer moet functioneren. Het goed kunnen bepalen wat de storing is en hoe deze is ontstaan, is van groot belang.

In deze projecttaak In deze projecttaak leer je systematisch storingen te lokaliseren en op te lossen. Het is belangrijk dat je vol- gens regels werkt bij het oplossen van storingen. Je leert een systematische werkvolgorde om een storing snel op te kunnen lossen. Efficiënt storing zoeken begint met het luisteren naar de klant om het probleem vast te stellen. Door de juiste vragen te stellen en verder informatie te verzamelen wordt het probleem duidelijk.

4

Vervolgens kun je snel een juiste conclusie trekken door logisch na te denken en metingen uit te voeren. De oplossing is dan vaak gemakkelijk te realiseren. Je moet ook kennis van apparatuur hebben om een sto- ring te kunnen oplossen. Ervaring in het storing zoeken is erg belangrijk. Los in deze taak dus zoveel mogelijk storingen op.

DENK ER AAN DAT JE NOOIT ONDER SPANNING MAG WERKEN !!!

Na deze projecttaak In deze projecttaak heb je gewerkt aan de volgende competenties: • Samenwerken en overleggen • met de klant • met de opdrachtgever • met collega's • met de werkgever • Plannen en organiseren • activiteitenplan • verzamelen van belangrijke informatie over het probleem • plan van aanpak • Op de behoefte en wensen van de klant gericht zijn • luisteren naar het probleem • tussentijds informeren • Kwaliteit leveren

• vaststellen van de juiste oorzaak • kiezen van een effectieve maatregel • voorkomen van nieuwe problemen • Vakdeskundigheid toepassen • regelgeving over veilig werken

• hanteren van verschillende oplossingstechnieken • schema's van elektrische installaties lezen en interpreteren • conclusies trekken • systematisch werken • storing oplossen • Materialen en middelen inzetten • standaard gereedschap

• juiste meetapparatuur gebruiken. • persoonlijke beschermingsmiddelen • gekeurd gereedschap

5

• Formuleren en rapporteren • mondeling • storingsrapporten invullen • onveilige situaties melden

Deze competenties gebruik je bij het verhelpen van storingen.

Portfolio In deze projecttaak volg je de stappen. Er zijn in totaal vier stappen. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen (op te leveren resul- taten), die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de tabel staat wat je bij iedere stap moet doen. • De algemene regels en werkvolgorde bij storing zoeken • Methodes van storingen zoeken in een installatie • Overzicht van de te gebruiken meetinstrumenten • Onderzoek naar mogelijkheden om storingen in de toekomst te voorkomen • Invullen van controlelijsten van elektrotechnische installaties • Overzicht van normen en voorschriften • Regelgeving over veilig werken met elektrische installaties • Overzicht leren: wat ga ik leren? Producten portfolio

1. Oriëntatie

2. Planning en voorbereiding • Activiteitenplan waarin de onderstaande punten uitgewerkt zijn: • Overleg met opdrachtgever/klant • Planning • Gemaakte afspraken • Informatie over het probleem • Tekeningen en verdere gegevens van de installatie • Omschrijving van de storing • Plan van aanpak • Overzicht van de benodigde theorie over storing zoeken in een elektrotechnische installaties • Resultaten van oefeningen met storing zoeken in simulatiemodellen 3. Uitvoering en controle • Een verslag over het oplossen van storingen met de onderstaande gegevens: • tekeningen waar de storing is aangegeven

• resultaten van de metingen • de oplossing van de storing • de gebruikte oplossingsmethode • de vermelding in het storingsregistratiesysteem • resultaat en aanbevelingen • overleg met de opdrachtgever/klant • voorkomen van de storing in de toekomst • controle op het resultaat • genomen veiligheidsmaatregelen

6

4. Oplevering en evaluatie • Mondelinge presentatie of demonstratie

Je krijgt les of informatie over: • methodes van storing zoeken • een activiteitenplan maken • een verslag maken • hoe je met deze projecttaak moet werken • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview • Beoordelingsmonitor • Urenverantwoording project • Verslag criteriumgericht interview • Resultaten evaluatiegesprek • Bijgewerkt portfolio

7

STAP

oriëntatie

1 ORIËNTATIE

DOEL VAN DE STAP In deze stap zoek je uit en schrijf je op wat de opdracht inhoudt. Je gaat onderzoeken hoe elektrische installaties en elektrische besturingen werken. Je leert hoe je de storingen kunt vinden en verhelpen.

Je overlegt met de opdrachtgever over de urgentie van het probleem. Ook ga je nadenken over wat je moet weten en wat je moet gaan vragen.

In deze stap komen verschillende soorten vragen bij je op: • Uitzoekwerk: Wat is de opdracht, wat is het probleem? • Leren: Wat ga ik hier leren, welke competenties ga ik hiermee ontwikkelen? • Vakmatig: Welke prestaties en resultaten (producten) moet ik leveren? • Houding: Hoe verloopt de samenwerking? Met wie werk ik samen of werk ik veel alleen? Ga tijdens het maken van de projecttaak, als meerdere leerlingen met dezelfde projecttaak bezig zijn, regelma- tig in een groepje bij elkaar zitten om je vorderingen en ervaringen te delen met andere leerlingen. Bespreek hier ook je uitdagingen en problemen die je tijdens de uitvoering van de projecttaak tegenkomt. Neem de opmerkingen en aanwijzingen van andere leerlingen ook op in de uitwerking van je projecttaak. Houd vanaf de start van deze projecttaak je urenverant- woording bij op het formulier 'Urenverantwoording'. Je begeleider beoordeelt je portfolioproducten. Je krijgt van hem een GO of NO-GO voor de volgende stap.

In stap 4 moet je de urenverantwoording inleveren. Dit formulier is beschikbaar op:

www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal

8

Model meetopdracht

Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en infor- matiebronnen die je kunt gebruiken. • Basisdocument Projecttaken Eerste Monteur Elektrotechnische Installaties • Theorieboeken • NEN 1010 en de NEN 5152 • Installatietechniek Kenteq • Tekeninglezen Elektrotechnische Energietechniek Kenteq • Opdrachtenboek NEN-EN 50110-1 / NEN 3140 3e druk / NEN 3840 Normen voor veilig werken • Basisvaardigheden energietechniek DK 3401 NijghVersluys • Installeren Elektrotechnische Installaties DK 4013 NijghVersluys • Ontwerpen, begroten en opleveren van elektrische utiliteitsinstallaties DK 4006 NijghVersluys • Leerwerkboek kabelinstallaties voor MBI C moduul 10-19 Storingzoeken NijghVersluys • Normen • NEN 1010:2007 + C1:2008 • NPR 5310:2007 nl • NEN-EN-IEC 60439-1 Laagspanning schakel- en verdeelinrichting • NEN-EN 50110-1 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - laagspanning • NEN 3140 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Aanvullende Nederlandse bepalingen voor laagspanningsinstallaties • Arbo-wet

9

• Internetsites:

• http://www.nen.nl • http://www.arbouw.nl/

• http://www.arbo.nl/ • www.euronorm.net/ • http://www.euronorm.net/content/ template2.php?itemID=369 • http://www.uneto-vni.nl/Applications/ getObject.asp?FromDB=1&Obj=40020925.pdf • http://www.uneto-vni.nl/Applications/ getObject.asp?FromDB=1&Obj=40021194.pdf • www.uneto-vni.nl • http://www.etotaal-online.nl vakblad • http://www.arbeidsinspectie.nl

Op te leveren resultaat

De activiteiten en opdrachten die je in deze stap uitvoert, moet je zorgvuldig uitwerken. De uitwerkingen neem je op in je portfolio. • De algemene regels en werkvolgorde bij storing zoeken. • Methodes van storingen zoeken in een installatie. • Overzicht van de te gebruiken meetinstrumenten. • Onderzoek naar mogelijkheden om storingen in de toekomst te voorkomen. • Invullen van controlelijsten van elektrotechnische installatie. • Overzicht van normen en voorschriften. • Regelgeving over veilig werken met elektrische installaties. • Overzicht leren: wat ga ik leren?

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Competenties

LLB 4 Functioneert als werknemer in een arbeids- organisatie

4.2 LLB

Maakt gebruik van werknemers rechten

A Beslissen en activiteiten initiëren E Samenwerken en overleggen H Overtuigen en beïnvloeden N Onderzoeken T Instructies en procedures opvolgen

10

 Activiteiten 1. Onderzoek

1 Omschrijf de opdracht in je eigen woorden. Denk hierbij aan het volgende:

• Bij welke installaties moet ik storingen oplossen? • Waar kan ik informatie vinden over storing zoeken in elektrische installaties? • Met wie moet ik afspraken maken? • Heb ik al eerder storingen opgelost? Wat weet ik al? Materialen en producten 1 Geef aan wat je nodig heb bij het oplossen van storingen. Denk hierbij ook aan de volgende zaken: • opdrachtformulieren • controlelijsten • het gebruiken van meetapparatuur

2.

3.

Leren 1 Wat ga je hier leren? • Op de juiste manier storingen oplossen • Theoretische kennis • Communicatieve vaardigheden.

2 Welke competenties ga je hiermee ontwikkelen? 3 Op welke manier ga je die competenties ontwikkelen?

Evalueren en beoordelen De begeleider/docent controleert of je alle punten van de opdracht correct hebt uitgewerkt. Kijk in de beoordelingsmonitor na waarvoor je een beoordeling krijgt. Je hebt de oriëntatie afgerond. De informatie die je hier hebt verzameld, heb je nodig voor de volgende stap. In stap 2 ga je een activiteitenplan maken en je verder voorbereiden.

11

STAP

4 PLANNING EN VOORBEREIDING

DOEL VAN DE STAP Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de projecttaak 'Verhelpen van storingen' in grote lijnen inhoudt. De antwoorden van de stap Oriëntatie ga je gebruiken om een activiteitenplan te maken.

Je zet de opdracht om in een planning. Hierin geef je aan welke werkzaam- heden je gaat uitvoeren en hoeveel tijd je daarvoor nodig denk te hebben. Het moet duidelijk zijn aan welke producten en aan welke competenties je gaat werken. Welke kennis en vaardigheden heb je nodig voor deze project- taak? Waar en wanneer ga je de kennis opdoen en vaardigheden oefenen?

ng en voorbereiding

Ventilatiesysteem

12

Op te leveren resultaat

Een activiteitenplan waarin je het volgende uitwerkt: • Overleg met opdrachtgever/klant • Planning • Gemaakte afspraken • Informatie over het probleem • Tekeningen en verdere gegevens van de installatie • Omschrijving van de storing • Plan van aanpak • Overzicht van de benodigde theorie over storing zoeken in een elektrotechnische installaties • Resultaten van oefeningen met storing zoeken in simulatiemodellen

Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en infor- matiebronnen die je kunt gebruiken. • Basisdocument Projecttaken Eerste Monteur Elektrotechnische Installaties • Theorieboeken • NEN 1010 en de NEN 5152 • Installatietechniek Kenteq • Tekeninglezen Elektrotechnische Energietechniek Kenteq • Opdrachtenboek NEN-EN 50110-1 / NEN 3140 3e druk / NEN 3840 Normen voor veilig werken • Basisvaardigheden energietechniek DK 3401 NijghVersluys • Installeren Elektrotechnische Installaties DK 4013 NijghVersluys • Ontwerpen, begroten en opleveren van elektrische utiliteitsinstallaties DK 4006 NijghVersluys • Leerwerkboek kabelinstallaties voor MBI C moduul 10-19 Storingzoeken NijghVersluys

13

• Normen • NEN 1010:2007 + C1:2008 • NPR 5310:2007 nl • NEN-EN-IEC 60439-1 Laagspanning schakel- en verdeelinrichting • NEN-EN 50110-1 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - laagspanning • NEN 3140 Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Aanvullende Nederlandse bepalingen voor laagspanningsinstallaties • Arbo-wet • Internetsites: • http://www.nen.nl • http://www.arbouw.nl/ • http://www.arbo.nl/ • www.euronorm.net/ • http://www.euronorm.net/content/ template2.php?itemID=369 • http://www.uneto-vni.nl/Applications/ getObject.asp?FromDB=1&Obj=40020925.pdf • http://www.uneto-vni.nl/Applications/ getObject.asp?FromDB=1&Obj=40021194.pdf • www.uneto-vni.nl • http://www.etotaal-online.nl vakblad • http://www.arbeidsinspectie.nl

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkproces

Nr.

Competenties

1 Installeert technische installaties

1.1 Voorbereiden installatie-

E

Samenwerken en overleggen

Q Plannen en organiseren R Op de behoeften en verwachtingen van de 'klant' richten

werkzaamheden

14

 Activiteiten 1.

Maken van het activiteitenplan 1 Het activiteitenplan bevat de volgende onderdelen: • Voorblad • Opdracht • Op te leveren resultaat • Aanwezige kennis en vaardigheden • Afspraken en begeleiding • Bijlagen activiteitenplan (voer de planning bij voorkeur in Excel uit) • Werkvoorbereiding 2 In het activiteitenplan geef je ook aan wat je bij de on- derdelen gaat invullen. 3 Vul de onderdelen in met de informatie die je al hebt gevonden in stap 1. 4 Controleer met de checklist of je niets hebt vergeten. 5 Bespreek het concept met je begeleider, voordat je het definitieve plan inlevert. Voorbereiding In deze activiteit voer je de voorbereiding uit. In het activiteitenplan heb je deze hoofdstukken ingevuld: • Activiteiten • Aanwezige kennis • Kennis die je nog moet ontwikkelen • Ook heb je aangegeven hoe je dit gaat doen. Evalueren en beoordelen De opdrachtgever, praktijkopleider of docent controleert de volgende zaken: • Zijn de juiste activiteiten gepland? • Zijn de afspraken gemaakt? • Is er een juiste analyse van de opdracht gemaakt? • Is de planning correct? • Zijn de juiste prioriteiten gesteld? • Is er creatief en innovatief met de opdracht omgegaan?

2.

15

Procesmodel

16

ACTIVITEITENPLAN VOOR EEN PROJECTTAAK Beschikbaar op www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal 0. Voorblad 1. Opdracht en opdrachtgever 2. Op te leveren resultaat 3. Activiteitenplan

Activiteit

Wie

Startdatum Einddatum

4. Aanwezige kennis en vaardigheden 5. Te ontwikkelen kennis en vaardigheden

Kennis/vaardigheid Wie

Informatiebron(nen) Activiteit

Competenties

6. Faciliteiten 7. Controle en evalueren van project BIJLAGEN activiteitenplan - Planning in Excel - Lijst met in te leveren beroepsproducten - Werktekeningen

CHECKLIST ACTIVITEITENPLAN Beschikbaar op www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal Is het voorblad compleet?  Bevat het de tekst: "Activiteitenplan"?  Bevat het de naam van het projecttaak?  Bevat het naam van de organisatie en naam van de opdrachtgever?  Bevat het de plaats en datum gereedkomen van het Activiteitenplan?  Naam van de opdrachtnemer (eventueel de namen van de groepsleden)?  Bevat het de naam van de auteurs van het Activiteitenplan? Lay-out  Is een inhoudsopgave met paginanummers en bladzijden aanwezig?  Zijn de hoofdstukken genummerd?  Zijn de paginanummers op bladzijden aanwezig?  Zijn de hoofdstukken goed duidelijk aangegeven? Taalgebruik  Is het activiteitenplan goed te begrijpen?  Is de taal zakelijk? Geen ik, jij, jullie, wij!!  Worden niet te lange zinnen gebruikt? De opdracht  Heeft het project een duidelijke, liefst originele, pakkende naam!  Is de opdracht duidelijk omschreven?  Is de opdracht een gevolg van de doelstelling of probleemstelling?  Is exact duidelijk wat het eindproduct van het project zal zijn? (Inclusief de eisen die aan het product worden gesteld!)  Is duidelijk wie de opdrachtgevende organisatie is?  Is duidelijk wie de opdrachtgever (persoon) is?  Is duidelijk wie de opdrachtnemende organisatie is?  Is duidelijk wie de opdrachtnemende persoon (projectleider) is?  Is er eventueel een schriftelijke opdracht aanwezig? De activiteiten  Is er een puntsgewijze opsomming van activiteiten?  Zijn er voldoende activiteiten gedefinieerd?  Zijn er geen activiteiten vergeten?  Zijn de activiteiten gegroepeerd?  Zijn de activiteiten binnen een groep van dezelfde 'orde van grootte'?  Is het Activiteitenplan zelf ook als activiteit opgenomen?  Is de afhandeling van het project niet vergeten? De producten  Zijn voldoende producten gedefinieerd?  Is het activiteitenplan ook als product gedefinieerd?  Zijn eventuele belangrijke gebeurtenissen ook als product gedefinieerd?  Zijn ontwerpen, rapporten e.d. niet vergeten?  Is het eindproduct niet vergeten? De planning  Klopt de planning met de activiteiten?  Is de planning realistisch?

STAP

uitvoering

3 UITVOERING

DOEL VAN DE STAP Het doel van deze stap is het opsporen en verhelpen van storingen in elektrotechnische installaties. Je verricht de juiste metingen, zodat je een storing snel en efficiënt kunt oplossen. Je zorgt ervoor dat de installatie weer veilig en betrouwbaar functioneert.

Aan het einde bekijk je het eigen product en controleer je het heel kritisch.

Denk bij alle werkzaamheden aan de veiligheid.

Na en ook tijdens de uitvoering controleer je je werk met deze vragen: • Heb je een storing zorgvuldig en precies omschreven? • Heb je efficiënt de oorzaak bepaald? • Heb je de juiste maatregelen kunnen kiezen en uitvoeren? • Heb je contact gehouden met de opdrachtgever/ klant? • Heb je de beste werkvolgorde toegepast? • Voldoet het resultaat aan de gestelde eisen, zodat de storing niet terugkomt? Je moet evaluerende vragen kunnen beantwoorden over het doorlopen leerproces. Bijvoorbeeld: • Hoe heb je onverwachte situaties opgelost? • Welk proces heb je doorlopen en welke procedures heb je toegepast? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden? In de tabel bij deze stap is aangegeven aan welke werk- processen en competenties je gaat werken.

19

Verdeelinrichting

Bronnen • zie bronnen uit vorige stappen • Basisdocument • het activiteitenplan uit stap 2 van deze projecttaak

20

Op te leveren resultaat

Een verslag over het oplossen van storingen met de onderstaande gegevens: • Omschrijving van de storing • Algemene gegevens van de installatie • Tekeningen waar de storingen zijn aangegeven

• Resultaten van de metingen • De oplossing van de storingen • De gebruikte oplossingsmethode • De vermelding in het storingsregistratiesysteem • Resultaat en aanbevelingen • Overleg met de opdrachtgever/klant • Voorkomen van de storing in de toekomst

• Controle op van het resultaat. • Genomen veiligheidsmaatregelen

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaak

Werkprocessen

Competenties

1 Installeert technische instal- laties

1.6 Plaatsen en monteren van componenten

S

Kwaliteit leveren

L Materialen en middelen inzetten K Vakdeskundigheid toepassen K Vakdeskundigheid toepassen S Kwaliteit leveren

1.8 Instellen van

componenten en instal- latie

21

 Activiteiten 1. Verslag

Bij deze stap hoort maar één hoofdactiviteit, namelijk het efficiënt oplossen van storingen in een elektro- technische installatie. Gebruik je activiteitenplan als basis. 1 Maak een verslag over het oplossen van storingen met daarin de gegevens van het op te leveren resultaat. 2 Geef ook aan op welke manier de communicatie met de opdrachtgever en is verlopen. Denk aan het volgende: • tijdsplanning bij het oplossen van de storing • gemaakte afspraken • overleg over noodzakelijk onderhoud • kwaliteit van het onderzoek Controle Beschrijf hoe je de controle van de opdracht uitvoert. Houd daarbij rekening met: • Welke procedures heb je gevolgd? • Welke hulpmiddelen heb je hiervoor gebruikt?

2.

• Wat was het resultaat van de controle? • Wat heb je direct hersteld of gerepareerd?

22

STAP

3 OPLEVERING EN EVALUATIE

Je hebt de projecttaak al uitgevoerd. In deze stap ga je het resultaat van de opdracht aan de werkgever (pro- jectbegeleider/vakdocent) presenteren. Je licht toe hoe je tot dit resultaat bent gekomen. In deze stap ga je samen met de klant of opdrachtgever kijken of je aan zijn wensen en eisen hebt voldaan. Ook ga je evalueren HOE je hebt gefunctioneerd. In de tabel bij deze stap is aangegeven aan welke werk- processen en competenties je gaat werken. Leerproces Tijdens de laatste fase, het controleren en evalueren, wordt een beroep gedaan op jouw kritische houding en reflectievaardigheden. Je producten worden beoor- deeld. Je moet kritische vragen over de producten en het doorlopen proces kunnen beantwoorden. Er komen bijvoorbeeld vragen over het eigen leerproces komen aan bod: • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleerde je dat? • Welk proces heb je doorlopen?

ring en evaluatie

• Wat voor procedures zijn er gebruikt? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden?

Ook vragen over jouw eigen leerproces komen aan bod: • Welke competenties zijn ontwikkeld en op welke manier? • Welke werkwijze past bij jou? • Wat ging er goed of niet zo goed? • Wat zou je een volgende keer veranderen?

23

Evaluatie Deze evaluatie wordt vastgelegd in een evaluatieformu- lier. Dit wordt met de begeleider besproken en beoor- deeld op het moment dat jij tevreden bent. Tijdens dit gesprek wordt er een koppeling gemaakt met het POP- gesprek, waarin mogelijke aandachtspunten voor de uit- voering van de volgende projectaak worden vastgelegd. De projectbegeleider/praktijkopleider/vakdocent vullen de beoordelingsmonitor in en beoordelen of de project- taak voldoende is. Daarna volgt een criteriumgericht interview. Ten slotte moet je nog je urenverantwoordingsformulier invullen en laten ondertekenen. Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en infor- matiebronnen die je kunt gebruiken. • Beoordelingsmonitor (is digitaal beschikbaar op de bestelsite van www.consortiumbo.nl) • Het Basisdocument (zie hoofdstuk Beoordelen) • Evaluatieformulier(en) • Urenverantwoordingsformulier (bijlage 3) • Formulieren zijn beschikbaar via: www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal

Besturingsinstallatie

24

Op te leveren resultaat

• Mondelinge presentatie of demonstratie • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview • Beoordelingsmonitor • Urenverantwoording project • Verslag criteriumgericht interview • Resultaten evaluatiegesprek

Competentieontwikkeling bij deze stap

Kerntaken

Werkprocessen

Competenties

1 Installeert technische installaties

1.10 Afronden installatie- werkzaamheden

J

Formuleren en rapporteren

L Materialen en middelen inzetten R Op de behoeften en verwachtin- gen van de 'klant' richten D Aandacht en begrip tonen G Relaties bouwen en netwerken M Analyseren N Onderzoeken

LLB 2 Stuurt de eigen loop- baan

LLB 2.1

Reflecteert op eigen kwaliteiten en motie- ven

 Activiteiten 1.

Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Je hebt alle bewijsstukken verzameld in je portfolio. 2 Zorg voor een correct ingevulde beoordelings- monitor. 3 Je moet kunnen aantonen dat je de projecttaak goed hebt uitgevoerd. 4 Laat de evaluatieformulieren invullen door begeleiders, opdrachtgever en medemonteurs. Urenverantwoording Je houdt gedurende deze projecttaak een uren- verantwoording bij. 1 Vul het formulier volledig in. 2 Lever het formulier bij stap 4 in.

2.

25

3.

Demonstratie of presentatie 1 Stel de definitieve datum vast voor de demonstratie of

presentatie met je beoordelaars. 2 Bereid de demonstratie voor. 3 Voer de demonstratie of presentatie uit.

4.

Het criteriumgericht interview 1 Bereid het criteriumgericht interview heel goed voor. 2 Maak een afspraak voor het interview. 3 Voer dit beoordelingsgesprek met je begeleider. Evalueren Je gaat met je met de praktijkopleider/BPV-docent/vak- docent terugkijken op: • Hoe je hebt gewerkt. • Hoe je met de rapporten bent omgegaan. • Of je altijd de juiste oplossingen voor de problemen hebt gekozen. • Of je volgens de juiste procedures hebt gewerkt. • Plan dit gesprek. De resultaten van het evaluatiegesprek komen in je portfolio. Een samenvatting van dit gesprek leg je vast in je port- folio. Je legt daar ook vast welke competenties je verder gaat ontwikkelen in de volgende projecttaak.

5.

26

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR

Opmerkingen

Complexiteit

B d li A B C D eoor e ng LB - G

ng jkoplei nt D - A - l p d s

leerlin praktij docen score

eider

Tekeningen en verdere gegevens van de installatie G(n) F v/pra x Op de behoeften en Overlegt en informeert de klant over de uit te voeren werkzaamheden Hij R wer omgev ng ve ig s. ns l ti n) x Omschrijving van de storing G(n) F v/pra x Plan van aanpak G(n) F v/pra x O e b verwachtingen van de "klant" richten ver g en i me r k t ove i t oer . voorkomt dat er misvestanden ontstaan over het werk. a a pa Overzicht van de benodigde theorie over storing zoeken in een elektrotechnische G(n) F v/pra x zoe en en elektrotec is installaties Resultaten van oefeningen met storing G( ) F / van oefeni en met s ring zoeken in simulatiemodellen. G(n) F v/pra x

Houdt zich voortdurend op de hoogte van werknemersrechten en vastgelegde procedures. S k V d i ll ’ f l i i ij mee ins rumenten Onderzoek naar mogelijkheden om storingen t k G(n) F V Samenwerken en overleg-gen Vraagt a vies aan col ega s of aan relevante organisaties om zijn werknemersrechten, zo nodig, te beschermen. e voor omen (n) V Invullen van controlelijsten van elektrotechnische installatie IND F V ektrotechn inst lat e F V Overzicht van normen en voorschriften G(n) F V Regelgeving over veilig werken met procedures opvolgen g g voorschriften. H v l g werke m t elektrische installatie G(n) F V Overzicht leren: wat ga ik leren? G(n) F V Overtuigen en beïnvloeden A Beslissen en activiteiten initiëren Overleg met opdrachtgever/klant IND F tra m 1.1 Voorbereiden x arp FDNI nekarpsfa etkaameG Q fo matie het bl m

i E Samenwerken en Bespreekt werkopdracht met leidinggevende om problemen te 1 m c t IND F tra art FDNI gninnalP 1. V ei installatiewerkzaam- heden enwerken en overleggen r r di d Informatie over het probleem G(n) F v/pra x

Leerling: Eerste monteur elektrotechnische installaties P d t M it ro uc on or Projecttaak 5 vorm Verhelpen van storingen crebo [94281] werkvo w Stap 1 Oriëntatie De algemene regels en werkvolgorde bij G(n) F v 4.2 Maakt gebruik van N 4 g storing zoeken Methodes van storingen zoeken in een G(n) F v werknemersrechten installatie Overzicht van de te gebruiken ti t t G(n) F pra X m gsvorm rs Prestatie indicator of go aak LL aak Werkproces Competenties e-i verwacht gedrag afgeleid van de prestatie-indicator Code K K C Onderzoeken E rdeling rdelaar b b beoord beoord BPV gl/no g Kernta Kernta B g

voorkomen.Stemt de aanpak van werken af met leidinggevende en/of andere betrokkenen. Hij zorgt ervoor dat de juiste informatie, voldoende materialen, gereedschappen en materieel aanwezig is. Hij overtuigt zich ervan dat de k i ili i

T Instructies en Houdt zich aan de procedures zoals die zijn vast-gelegd in wettelijke Plannen en organiseren

Is in staat de besluitvoering over werknemersrechten te beïnvloeden door te onderhandelen op basis van individuele/groepsmening. Neemt, zo nodig en eventueel d.m.v. vertegenwoordigende organen, initiatief om op te komen voor de werknemersrechten.

Stap 2 Planning en voorbereiding

27

installatie St lt d d d l d l d t i k t t h lb l i bij

Beoordelingsmonitor IND F tra rapporteren klachten, incidenten en verbetervoorstellen. heden L Materialen en middelen Voert afval op een milieuvriendelijke manier af en laat een opgeruimde en Beo de ng or ND F t Urenverantwoording project IND F tra Verslag criteriumgericht interview IND CI v Op de behoeften en R Overlegt met de klant over het geleverde werk. L M e ddelen inzetten Voert fval op ee m end ke n schone werkplek achter. Ruimt gereedschap netjes op Resultaten evaluatiegesprek IND CI tra Op e be o te verwachtingen van de "klant" richten O e e a ge e e Informeert de klant over de bediening enhet gebruik van de geleverde installatie. 2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en ti N 2 G Onderzoeken Is in staat, door middel van allerlei technieken, een beeld van zichzelf te krijgen. mo even G Relaties bouwen en netwerken Is, door gesprekken met anderen, in staat inzicht te krijgen in eigen kwaliteiten en motieven en deze af te stemmen op de eigen loopbaan. D A d ht b i V dt d i k lit it d i i h b t h M Analyseren Bepaalt welke competenties, wensen en waarden belangrijk zijn voor de loopbaanontwikkeling. andac en egr p tonen Verwoor e eigen kwalitei en, wensen en waar-den en is zic bewus oe deze invloed kunnen hebben op de eigen loopbaanontwikkeling.

g g p j

Hij vult alle vereiste formulieren en werkbonnen volledig in. Hij rapporteert

Stelt de elektriche installatie zorgvuldig in. Hij zorgt dat de installatie volgens specificaties werkt. allati S e de onderdelen en dee pro ucten n en omt me haalbare oploss ngen problemen. Zorgt dat de installatie veilig en betrouwbaar functioneert. akdeskundigheid toepassen

Tekeningen waar de storing is aangegeven. IND F v/pra x Resultaten van de metingen IND F v/pra x 1 Kwaliteit leveren Plaatst en monteert elektrotechnische onderdelen en deelproducten vlot en zorgvuldig binnen de afgesproken tijd. 1.6 Plaatsen en monteren S De oplossing van de storing IND F v/pra x De gebruikte oplossingsmethode IND F v/pra x L Materialen en middelen inzetten Gaat zorgvuldig om met materialen en gereedschappen en componenten gebr o sin sm De vermelding in het i i i IND F v/pra x werk veilg kan worden uitgevoerd. stor ngsregistratiesysteem Resultaat en aanbevelingen IND F pra x O l t d d ht /kl t IND F 1 8 I t ll toepassen S verleg me e opdrachtgever/k an IND F pra x Voorkomen van de storing in de toekomst. IND F pra x C t l h t lt t IND F .8 Inste len van componenten en Kwaliteit leveren V kd k di h id S K on role op het resultaat IND F pra x Genomen veiligheidsmaatregelen IND F v/pra x val Mondelinge presentatie of demonstratie IND ep v/pra x Bewijsstukken voor het criteriumgericht Formuleren en J 1 1.10 Afronden installatiewerkzaam- oo he cr teri m interview IND F v

beschermingmiddelen en verspilt zo min mogelijk materiaal. Hij zorgt dat het K Vakdeskundigheid De Eerste Monteur Elektrotechnische installaties test elektrotechnische installaties systematisch zodat tekortkomingen niet over het hoofd worden gezien.

zoeken in simulatiemodellen.

Stap 3 Uitvoering en controle Stap Ui

Stap 4 Oplevering en evaluatie

28

BIJLAGE 2 FORMULIER URENVERANTWOORDING Beschikbaar op www.consortiumbo.nl>Kies techniek en ICT>Kies Niveau 3>materiaal

Plaats hier het logo

<> <>, <>, <> Tel: <>, mobiel:<>

Gegevens werknemer: Naam Nr.

0pdrachtgever:

Naam Adres PC Telefoon Mobiel

Wij bevestigen dat genoemde werknemer nevenstaan- de activiteiten tot tevredenheid voor ons heeft verricht.

Paraaf:

Omschrijving probleem / te verrichten werkzaamheden:

Lijst gebruikte onderdelen:

Urenstaat: (15 min=0,25 uur, 30 min = 0,5 uur, 45 min = 0,75 uur)

Datum Van

tot

Gewerkte uren

Gereden km

Omschrijving verrichte werkzaamheden

Totaal gewerkte uren

BIJLAGE 3 EVALUATIEFORMULIER LLB

Naam leerling:

Evaluatieformulier Leren, Loopbaan en Burgerschap

Invullen door klant, opdrachtgever, docent enz. Projecttaak 5: Verhelpen van storingen

Datum:

Naam beoordelaar:

Functie:

Werkproces- sen 2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven

Prestatie-indicatoren

onv.

vold. Opmerkingen

Door gesprekken reactieve technieken verzamelen. Door testen nieuwe informatie verzamelen. Overleggen met anderen over het eigen zelfbeeld Bij anderen informeren naar de noodzakelijke kwaliteiten en motieven voor werk. Analyseren vanuit eigen ervaringen welke wensen en waarden van belang zijn voor de verdere loop- baan ontwikkeling. Bewust zijn dat je manier van verwoorden van eigen kwaliteiten, wensen en waarden van invloed zijn op de ontwikkeling van je loopbaan. Relevante informatie verzamelen over eigen rechten en vastgelegde procedures. Open staan voor nieuwe informatie en andere stand- punten, zodat de werknemersrechten gebruikt kunnen worden. Advies vragen aan collega's of relevante organisa- ties om de werknemersrechten eventueel te beschermen Zich aan de procedures houden die zijn vastgelegd in de CAO en andere contracten en reglementen Je geeft je mening over besluitvorming en werknemersrechten. Je neemt initiatief om voor je werknemersrechten op te komen indien dat nodig is. Je neemt ook initiatieven in vertegenwoordigende organen van werknemers om belangen van werknemers veilig te stellen.

4.2 Maakt ge- bruik van werknemers- rechten

30

BIJLAGE 4 LEERLIJN NEDERLANDS EN MVT

Nederlands en moderne vreemde talen (MVT)

1 Taalniveaus Aan het einde van je opleiding moet je laten zien dat je Nederlands, Engels en een andere vreemde taal op een bepaald niveau beheerst. Deze niveaus kun je vinden in: • Het Kwalificatiedossier van je opleiding. • Het Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap. De eisen voor taalvaardigheid 1 kunnen in beide docu- menten van elkaar verschillen. De hoogste eis geldt. Voor deze opleiding gelden de volgende niveau-eisen:

Taal

Luisteren Lezen

Spreken

Gesprekken voeren

Schrijven

Nederlands

B2

B2

B2

B2

B2

Engels

A2

A2

A2

A2

A2

Andere vreemde taal

A2

A2

A2

A2

A2

Wat je precies moet kunnen voor die niveaus, kun je lezen in bijlagen voor Nederlands en MVT. Kijk vooral naar het onderdeel: Kenmerken van de taakuitvoering. 2 De drieslagmethode Tijdens je opleiding luister, lees, spreek en schrijf je heel veel. Niet alleen bij de taallessen, maar eigenlijk bij alle stap- pen van een projecttaak Er zijn dus meer dan genoeg mogelijkheden om aan te tonen op welk niveau je pres- teert. De ontwikkeling van jouw taalvaardigheid is dan ook niet alleen een zaak van de docent talen, maar van iedereen die jou in je opleiding begeleidt.

1. Informatie over taalniveaus is te vinden in de volgende documenten: - Het Europese Referentiekader - Het Raamwerk Nederlands - Het Raamwerk Moderne Vreemde Talen

31

Je gaat je taalvaardigheid ontwikkelen volgens de drieslagmethode: 1 Je gebruikt taal tijdens je werk/stage en op school • Veel lezen, luisteren, schrijven en spreken met zinvolle kritiek op je taalgebruik. 2 Taalles van een ervaren taaldocent • Je oefent op het vak gericht Nederlands en vreemde talen onder begeleiding van een ervaren taaldocent tijdens lessen of workshops. 3 Taalondersteuning en oefening individueel. • Bij persoonlijke taalproblemen krijg je extra hulp en ondersteuning. Bij het invullen van je mini-POP kun je samen met je begeleider bepalen hoeveel ondersteuning je nodig hebt. 3 Werken met het communicatieschema Het niveau van je taalvaardigheid geeft aan in hoeverre je in staat bent om: • Uit een boodschap onderwerp, doel en thema's te halen (lees- en luistervaardigheid). • Je boodschap af te stemmen op doel en publiek (spreek-, gespreks- en schrijfvaardigheid). • Je boodschap goed op te bouwen, verbanden aan te brengen (spreek-, gespreks- en schrijfvaardigheid). Dat moet je dus leren. Om je daarbij te helpen werk je stapsgewijs volgens het communicatieschema.

Schema communicatie

32

a Je bepaalt onderwerp, doel en thema's van wat je gele- zen of gehoord hebt of je bepaalt onderwerp, doel en thema's van wat je wilt zeggen of schrijven. • Waarover gaat het? • Wat wordt er over dat onderwerp gezegd? • Met welk doel? b Daarna bepaal je het publiek. • Voor wie is de tekst die je gelezen of gehoord hebt? • Wie wil jij bereiken met je boodschap? • Welke functie, welke voorkennis, welk niveau, welke interesses heeft de ontvanger? • Wat betekent dit voor je taalgebruik, woord- gebruik, informatie etc. c Op basis van de voorgaande twee stappen bepaal je welke informatie er dus in de boodschap komt. d Dan kun je kijken op welke manier je de boodschap gaat overbrengen. • Welk medium (brief, mail, memo, telefoonge- sprek etc.) is het beste om dat te doen? • Welke regels (conventies) heeft dat medium? e In de regels (conventies) van het medium staat meestal ook iets over de opbouw van de boodschap. Meestal is er een inleiding, kern en slot. • Wat zet je daar in? • Hoe bouw je dat logisch op? f Heb je dit allemaal goed overdacht, dan kan er nog ruis optreden omdat je: • Verkeerde woorden gebruikt

• Verkeerde zinnen maakt • Een slechte uitspraak hebt Dat moet je zoveel mogelijk voorkomen.

33

Deze invullijst is een hulpmiddel om een communicatieproduct uit een projecttaak voor te bereiden. Als je deze punten één voor één afwerkt, heb je een complete voorbereiding voor zo'n communicatieproduct gemaakt.

a. Onderwerp van de boodschap Doel van de boodschap Thema(’s) van de boodschap

Waarover ga ja als zender iets zeggen? Wat wil je als zender bereiken met deze boodschap? Wat wil je als zender over dit onderwerp zeggen als je rekening houdt met het doel? Wie is de ontvanger van de boodschap? Bij wie wil je als zender je doel bereiken? Wat kun je zeggen over de ontvanger? Welke voorkennis heeft de ontvanger? Welke taal moet ik toepassen? Wie is de zender van de boodschap? Wat kun je over de zender zeggen?

b. Publiek: de ander(en)

Publiek: jij zelf

Welke informatie moet ik in de boodschap zetten? Welk onderwerp moet de boodschap hebben? Hoe houd ik het beste rekening met de ontvanger van mijn boodschap?

c. Consequenties (gevolgen)

Met welk communicatiemiddel kan ik mijn boodschap het beste overbrengen? Welke regels moet ik voor dit communicatiemiddel toepassen?

d. Medium: (welk communicatiemiddel?) Conventies: (spel)regels

Hoe bouw ik de boodschap zo logisch mogelijk op? Welk bouwplan maak ik voor mijn boodschap?

e. Opbouw van de boodschap • Inleiding • Kern • Slot

Wat zou storend kunnen werken op het overbrengen van mijn boodschap? Wat kan misverstanden opleveren?

f. Ruis: Storingen in het overbrengen van de boodschap

Die producten kunnen ook beoordeeld worden op basis van deze invullijst. Kijk maar eens naar de invullijsten 1 en 2: Beoordeling (communicatie)product. Je taaldocent kan gebruik maken van invullijst 1. Je vakdocent kan met invullijst 2. jouw communicatieproduct beoordelen.

34

Invullijst 1: Beoordeling (communicatie)product (Communicatie/ Nederlands/MVT) Naam leerling:

Naam product:

Projecttaak:

Onderwerp: Doel/doelen:

Publiek:

OPMERKINGEN

goed vold. onv.

d. Keuze en conventies van het medium Medium past bij: onderwerp, doel, thema’s, publiek. Vormgeving komt overeen met de conventies van het medium f. Ruis: • Hulpmiddelen zijn niet goed gekozen, ondersteunen de boodschap niet. • Hulpmiddelen worden niet goed gebruikt.

e. Opbouw van de boodschap Inleiding : • is volledig. • (minimaal: onderwerp, doel en thema’s zijn genoemd). Kern : • Er is een goede, logische volgorde van de thema’s. • De boodschap wordt goed onderbouwd. Slot : • De inhoud van de boodschap wordt correct samengevat. • De conclusie is gebaseerd op de inhoud van de boodschap. f. Ruis • Non-verbale communicatie sluit niet aan bij de gesproken boodschap. • Verbale communicatie sluit niet aan bij de gesproken boodschap. • Fouten in spelling/ taalgebruik leiden af van de boodschap. • Fouten in formulering leiden af van de boodschap. • Wel/geen gebruik vaktaal • Fatsoensnormen

35

Invullijst 2: Beoordeling (communicatie)product op vakinhoud

Naam leerling: Naam product:

Projecttaak:

Onderwerp:

Doel/doelen: Publiek:

OPMERKINGEN

goed vold. onv.

a. Onderwerp, doel, thema’s Onderwerp van de boodschap is volgens opdracht. Doel van de boodschap is duidelijk (informeren, activeren, mening vormen). Alle benodigde thema’s (om doel te bereiken) zijn behandeld. b. Publiek (de ontvanger) De boodschap is gericht aan het juiste publiek/ de juiste persoon. Thema’s zijn juist gekozen bij dit publiek/deze persoon. o.a. te veel/ te weinig thema’s i.v.m. • voorkennis van de ontvanger. • interesse van de ontvanger.

• functie van de ontvanger. • mening van de ontvanger.

Bij de beoordeling van je taalvaardigheid nemen de beoordelaars het gewenste eindniveau als uitgangs- punt. Je hoeft niet meteen op dat niveau te presteren, maar krijgt door dit beoordelingsformulier een heel duidelijk beeld waar je nog aan zult moeten werken. Dit gebeurt in aparte taallessen, maar soms is het probleem daar- voor te groot en heb je individuele ondersteuning en oefening nodig. In je POP geef je aan hoe je je niveau gaat verbeteren.

36

Als je voor een beroepsproducten op alle onderdelen een voldoende beoordeling hebt gekregen, kun je deze opnemen in je portfolio. Je hebt dan een bewijs van je taalvaardigheid op het gewenste eindniveau. Soms schrijft het ROC voor welke producten je moet opnemen. 4 Leerlijn Nederlands in de beroepstaken Vooral in het begin van je opleiding zullen de taalproducten van je projecttaken nog niet helemaal voldoen aan de eisen. Want dan zou je de stappen a t/m f in één keer helemaal correct uitvoeren. Tijdens de uitvoering van je projecttaken werk je aan de verbetering van je taalvaardigheden. Die verbetering moet zichtbaar worden in de producten die je bij de projecttaak oplevert. In het schema van de Leerlijn Nederlands kun je zien hoe de taalvaardigheden in de projecttaken aan bod komen. In de eerste taken is een leerlijn uitgezet voor de ontwikkeling van je taalvaardigheden. In deze taken komt steeds één stap aan bod. In de eerste projecttaak beoordelen je begeleiders je taalproducten alleen op stap a. Doel en Thema. In de tweede projecttaak komt daar b. Doelgroep bij. Na 6 projecttaken heb je alle stappen verwerkt en kun je ze voor al je taalproducten toepassen. Niet alleen je docent Nederlands besteedt aandacht aan je taalvaardigheden, maar je vakdocenten zullen je ook bij je taalproducten begeleiden.

37

38

39

40

PROJECTTAKEN NIVEAU 3

Voor de studierichting Installatietechniek worden projecttaken voor niveau 3 ontwikkeld. De projecttaken zijn tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Basisdocument 0 Introductietaak

1 Opleveren van een installatie in een woning 2 Opleveren van een installatie in de utiliteit

3 Het gebouwbeheersysteem 4 Installeren van domotica 5 Verhelpen van storingen 6 Onderhouden van installaties 7 Verlichtingstechniek

69368888

Bestelnummer 006IPTKS0021

Made with