![Page Background](./../common/page-substrates/page0128.jpg)
128
|
F-pupillen De woensdagmiddagtraining
Voor F-pupillen is het niet relevant om te trainen op de derde teamfunctie: het
omschakelen. Daartoe moeten ze eerst de basisprincipes van aanvallen en
verdedigen onder de knie hebben. Natuurlijk eindigt na het veroveren of
verliezen van de bal het spel niet. Als in een training het creëren van kansen en
scoren centraal staat, moet de tegenpartij bereid zijn doelpunten te voorkomen
en de bal af te pakken. Deze spelers zijn alleen gemotiveerd als ze na
verovering van de bal ook zelf kunnen scoren. Beide teams oefenen zo
impliciet op het omschakelen. Maar verwacht hiervan bij F-pupillen nog weinig.
Om het opbouwen en scoren van F-pupillen te verbeteren, kun je kiezen uit
een van deze drie doelstellingen.
1 verbeteren van het uitspelen van de één tegen één situatie om kansen te
creëren;
2 verbeteren van het benutten van de kansen;
3 verbeteren van het positiespel in de opbouw.
In de oefenvormen die bij deze doelstellingen horen, draait het steeds om het
goed uitvoeren en toepassen van voetbalhandelingen: het dribbelen, passen,
aannemen en het schieten. Voor sommige tweedejaars F-pupillen krijgt ook het
vrijlopen al betekenis, als voorwaarde voor het samenspelen. Voor eerstejaars
F-pupillen daarentegen zijn sommige oefenvormen te moeilijk omdat de
weerstand van de tegenstanders te groot is. Versimpel dan de vorm of kies
voor een van de voorfase-oefeningen. Hierbij komen ze vaak in situaties waarin
ze spelenderwijs de bal veel raken zonder of met beperkte weerstand.