Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  11 / 35 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 11 / 35 Next Page
Page Background

11

Evalueren en beoordelen

• Controleer of alle punten van de stap correct zijn

uitgevoerd.

• Houd in de beoordelingsmonitor bij wat wordt

beoordeeld.

• Je hebt het oriënteren afgerond.

De informatie die je hier hebt verzameld, heb je

nodig voor de volgende stap.

WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES

Werkproces:

2.1 Voorbereiden werkzaamheden

Competenties:

E Samenwerken en overleggen

K Vakdeskundigheid toepassen

Q Plannen en organiseren

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten

Deze competenties moeten worden beoordeeld en vastgelegd aan de hand van en op de beoordelings-

monitor.

TE BEHANDELEN LESSTOF

Voor deze projecttaak zijn er onderwerpen die de leerling zich eigen moet maken.

• Vakleer:

• De verschillende mechanische aandrijfsystemen. Denk hierbij ook aan bijvoorbeeld een

tandwielkast.

• Monteren van de verschillende componenten.

• Hoe het wordt onderhouden.

• Veiligheid:

• Het kennen van de verschillende PBM’s.

• Het kennen en toepassen van de verschillende veiligheidsmaatregelen.

• Het bewust worden van veiligheid voor de leerling en zijn omgeving.

• ICT:

• Word

• Rekenen en wiskunde:

• Krachten

• Bewegingen

• Nederlands:

• Maken van een verslag

• Grammatica en spelling

AANWIJZINGEN BEGELEIDERS

• De vakdocent draagt zorg voor de ondersteunende theorielessen.

• Producten die ingeleverd worden, moeten worden beoordeeld. Verwerk dit in de

beoordelingsmonitor.

• De leerling verzamelt de beoordelingen en competentiescore in de beoordelingsmonitor.

• Tijdens de BPV geeft de praktijkopleider aan welke mechanische aandrijving moet worden

onderhouden. Op school is dit de taak van de docent.

• De stagebegeleider stemt af wie wat beoordeelt.

• De trajectbegeleider bepaalt aan het eind van deze stap een Go/No-Go.