CZW1HE90006 - page 11

COMPETENTIEWIJZER
9
Competentie L: Materialen enmiddelen inzetten
Werkprocessen:
1.2 Ondersteunt bij huishouden en de woon- of verblijfsomgeving of opvangsituatie
(BP 1.3, Proeve 1)
Componenten:
geschiktematerialen enmiddelen kiezen, goed zorg dragen voor materialen enmiddelen,
materialen enmiddelen doelmatig gebruiken, materialen enmiddelen doeltreffend gebruiken
Eindgedrag:
Je gebruikt de juiste (schoonmaak)middelen, materialen enmethoden.
Je gaat zorgvuldig ommet demiddelen enmaterialen.
Je zorgt voor het onderhoud.
1.4 Ondersteunt bij (sociale) activiteiten en recreëren
(BP 1.1, BP 2.3, Proeve 1)
Componenten:
geschiktematerialen enmiddelen kiezen, goed zorg dragen voor materialen enmiddelen
Eindgedrag:
Je kiest bij de ondersteuning van (sociale) activiteiten en vrije tijd de juistematerialen enmiddelen.
Je zorgt voor het onderhoud.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
de regels van de Nederlandse taal
de toepassing van verschillende
(schoonmaak)middelen enmaterialen
verschillendemanieren van
schoonmaken
de regelgevingm.b.t. hygiëne,
veiligheid, Arbo, milieu,
kwaliteitszorg en ergonomisch werken
...............................................
in goed Nederlands communiceren
bij het ondersteunen en uitvoeren van
huishoudelijke werkzaamheden
(opruimen , schoonmaken, textiel
verzorgen, bedden opmaken, helpen bij de
maaltijdbereiding, boodschappen doen,
sfeervol en gezelligmaken van ruimten)
gebruik maken van de juistematerialen,
middelen enmethoden
bij het ondersteunen van (sociale)
activiteiten (spel, dans, toneel, knutsel)
gebruik maken van de juistematerialen,
middelen enmethoden
dematerialen enmiddelen efficiënt
inzetten
.......................................................
communicatief
vaardig
sociaal vaardig
handig
nauwkeurig
enthousiast
kostenbewust
milieubewust
efficiënt
(doeltreffend en
doelmatig)
kwaliteits-
bewust
creatief in het
vinden van
oplossingen
...................
1...,2,3,4,5,6,7,8,9,10 12,13,14,15,16,17,18
Powered by FlippingBook