![Show Menu](styles/mobile-menu.png)
![Page Background](./../common/page-substrates/page0030.png)
28
|
D-pupillen De zaterdagwedstrijd
Hoe duidelijker die afspraken zijn, hoe makkelijker je later ongewenst
gedrag bijstuurt. Neem bij het maken van afspraken de regels van de
vereniging als uitgangspunt – als die er zijn – en vertaal ze naar jouw eigen
team. Naast expliciete regels kunnen ongeschreven regels gelden: de
clubcultuur. Een yell voor de wedstrijd? Na de wedstrijd nog even in de
kantine bij elkaar komen?
Elke afspraak moet simpel en begrijpelijk voor D-pupillen zijn. Bij wie meld
je je af wanneer je niet kunt trainen? Zijn we stil als de coach praat? Jij
moet zelf achter elke afspraak staan, anders is het lastig je spelers erop
aan te spreken. Het is ook handig als de afspraken worden geaccepteerd
door de vereniging. Als iedereen op de club altijd in voetbalkleding arriveert
en daarin ook weer vertrekt, wordt het moeilijk je spelers na de wedstrijd te
laten douchen. Motiveer afspraken als het even kan vanuit het voetbal –
alles in het voetbal doe je samen.
Je kunt afspraken verdelen in ‘wat doen we wel’ en ‘wat doen we niet’. Wat
doen we wel? Op tijd komen! Wat doen we niet? Schelden op elkaar, de
tegenstander, de scheidsrechter. Laat spelers hierover meedenken. Vraag
wat zij belangrijk vinden. Ze kunnen vaak al heel goed benoemen wat wel
en niet kan. Wat verstaan we eigenlijk onder ‘respect’? Wanneer wordt
dollen pesten? Is het leuk als je steeds zegt dat de ander niet kan voet
ballen? Maar pas op voor te veel afspraken. Ze zijn een middel, geen doel.
Hoe meer afspraken jij maakt, hoe meer je er moet handhaven.