![Show Menu](styles/mobile-menu.png)
![Page Background](./../common/page-substrates/page0110.png)
109
Bedrijfsautotechnicus
Reflectieverslag
In het reflectieverslag kijk je terug op de uitvoering van (een deel
van) je werkzaamheden bij een werkproces. Je legt uit welke kennis
en vaardigheden je wanneer hebt ingezet, en je beschrijft welke
overwegingen je had, en welke keuzes je hebt gemaakt. Maar je
competente handelen staat voor de beoordelaar centraal.
Vooraf ligt vast over welke werkprocessen en competenties het
verslag zal gaan. Met het verslag toon je aan dat je competent
bent. De criteria waaraan dit moet voldoen, zijn omschreven in het
beoordelingsformulier. Ook ligt vast wanneer je een reflectieverslag
ter beoordeling moet inleveren.
Je schrijft het reflectieverslag aan de hand van de STARRT-methode
(zie bijlage 3).
De beoordeling van je competenties via het reflectieverslag, wordt
uitgedrukt met een D, A of G.
Beoordelingsgesprek
Een beoordelingsgesprek is een gestructureerd gesprek over (een
deel van) je werkzaamheden behorend bij een werkproces. In
het gesprek leg je uit welke kennis en vaardigheden je wanneer,
en op welke wijze hebt ingezet. Tevens kun je aangeven waar
je bepaalde keuzes op hebt gebaseerd. Tegelijkertijd kan in het
beoordelingsgesprek worden vastgesteld of het beroepsproduct
door jou is geproduceerd, en dus authentiek is. Kortom: tijdens een
beoordelingsgesprek laat je zien dat jij je bewust bent van het eigen
competente handelen.
Vooraf is vastgesteld over welke werkprocessen en welke
competenties het gesprek zal gaan. In het beoordelingsformulier
staat bij de competenties aangegeven waaraan je gedrag moet
voldoen en welke resultaten je moet bereiken. Je weet daardoor wat
de inhoud van het gesprek zal zijn.
Ook is vooraf bepaald wanneer en met wie het beoordelingsgesprek
wordt gehouden. Je kunt hierbij de STARRT-methode gebruiken (zie
bijlage 3). Een beoordelingsgesprek is altijd individueel.
De beoordeling van de aangetoonde competenties wordt uitgedrukt
met een D, A of G.