Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  55 / 127 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 55 / 127 Next Page
Page Background

5 Uitvoering

55

Bedrijfsautotechnicus

Werkproces 2.5: Controleert zijn reparatiewerkzaamheden en

rondt opdracht af

Werkproces 2.7: Geeft technische toelichting en advies over

reparatie aan klant/chauffeur

STAP 5 CONTROLEREN

Je controleert je werkzaamheden en of deze volgens de procedures

zijn uitgevoerd.

Je controleert of de uitgevoerde werkzaamheden, gebruikte

onderdelen en afwijkingen aan het voertuig genoteerd zijn.

Je geeft de klant/chauffeur uitleg over de uitgevoerde reparatie.

Je ruimt je werkplek op en als dat nodig is, meld je defect

gereedschap en apparatuur bij je begeleider.

Je voert de vervangen onderdelen en afvalstoffen volgens de

voorschriften af.

Resultaat

Jouw beoordelaar

observeert

of jij:

• je werk controleert

• je de werkorder goed invult

• juiste informatie geeft aan klant/chauffeur

• je werkplek opruimt

• je gereedschap controleert

Aan het einde van de opdracht ga je na of jij:

• de juiste gegevens/informatie gebruikt hebt

• het juiste onderdeel vervangen/gerepareerd hebt

• gecontroleerd hebt of het defecte onderdeel de oorzaak van de

storing is geweest

• de storing hebt opgelost

• volledig bent geweest in de uitleg aan de klant/chauffeur