HELPEN BIJ ETEN EN DRINKEN
13
D. Eten en drinken geven
Assisteer bij eten en drinken, bijvoorbeeld:
–
tafeldekken
–
koffie, thee of limonade uitdelen
–
een cliënt eten geven
–
fruit schoonmaken
–
boterhammen smeren
–
opruimen.
Maak daarvan foto’s. Vraag, voordat je foto’s maakt, toestemming
aan de cliënten. Lever deze foto’s in als bewijs van deze opdracht.
Schrijf bij iedere foto wat je aan het doen was en wat je mening
daarover is.