Kerntaak 2
Realiseert media-uiting
Werkproces 2.5
Beheert database
Inleiding
‘MontageTest_ontmoeting2_EXT-defdef_ditishemecht-03b_compleet’
Zou dat hem ’echt’ zijn? Of zou er ergens op de server nog een versie
3c staan? Of een versie ‘nog completer’? Je kunt het je collega niet
vragen omdat deze niet langer werkzaam is voor jullie bureau. Als je
door zijn bestanden neust, snap je wel waarom. Alle bestanden staan
door elkaar heen in één map met de mysterieuze naam ’niet weggooien’.
Al zijn bestanden hebben de meest belachelijke namen en logische
versienummers lijken voor hem niet te bestaan. De deadline voor het
aanleveren van de brochure nadert en zelfs na de slimste zoekacties
weet je nog niet zeker welk bestand je naar de drukker moet sturen. Is dit
hem echt? Niemand die het weet, alleen de klant, maar die kun je toch
niet met goed fatsoen bellen om te vragen welk bestand het goede is?
Toch?
Wat is je rol?
Je werkt elke dag met grote hoeveelheden digitale bestanden. Zelfs een
simpele videoadvertentie bestaat al snel uit een stuk of tien bestanden;
teksten, geluid, afbeeldingen, fonts en natuurlijk de verschillende versies
van de ontwerpen zelf. Soms bewaar je van een enkele afbeelding wel
tien verschillende versies voordat je de juiste hebt. Kortom, je werkruimte
loopt binnen de kortste keren vol met allerhande materialen. Digitale
bestanden maar ook brieven, facturen, cd’s, gerealiseerde producten enz.
Op je BPV-plek en op school werk je vaak met meerdere mensen aan een
opdracht. Als je dan ziek wordt, kan een collega snel en eenvoudig verder
met jouw werk.
Je werkt meestal aan meerdere opdrachten tegelijkertijd. Zorg voor een
logische en consequente naamgeving van bestanden.
Je ordent je bestanden systematisch. Je zorgt ervoor dat ze volgens
afspraak worden opgeslagen in de database. In veel bedrijven is de
‘database’ feitelijk niet meer dan een verzameling mappen op een server.
Grote organisaties hebben vaak een protocol voor het bewaren van
bestanden. Kleinere bureaus hanteren meestal eenvoudige regels om
mappen en bestanden namen te geven en versies bij te houden.
41
Hoofdstuk 5. Uitvoering
