45
4.3 Stelt zich colle-
giaal op
Je overlegt met collega's en andere betrokke-
ne over het uitvoeren van het werk.
Je vraagt hulp en geeft informatie op de juiste
momenten; niet te vaak en niet te weinig, zo-
dat er samenwerking ontstaat.
Je ben eerlijk en betrouwbaar tegenover je
collega's en behandelt iedereen gelijkwaar-
dig..
Je draagt bij aan een positieve sfeer tijdens
het werk en informele contacten.