Table of Contents Table of Contents
Previous Page  114 / 356 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 114 / 356 Next Page
Page Background

114

GOEDEREN­

BEHANDELING

HYGIËNE

ADEM

HOOFD

HAND

VOET

OOR

OOG

ANDER VEILIGHEIDS­

MATERIAAL

KLEDIJ

Handbescherming

NORM EN 407 : 2004 - VEILIGHEIDSHANDSCHOENEN TEGEN THERMISCHE RISICO'S

Deze norm specifieert de thermische prestaties van

veiligheidshandschoenen tegen warmte en/of vuur.

PICTOGRAM NORM

DEFINITIE EN CRITERIA

PRESTATIENIVEAU

a b c d e f

EN 407

a. Weerstand tegen ontvlambaarheid

(prestatieniveau van 0 tot 4)

b. Weerstand tegen contacthitte

(prestatieniveau van 0 tot 4)

c. Weerstand tegen convectiehitte (geleidingshitte)

(prestatieniveau van 0 tot 4)

d. Weerstand tegen stralingshitte

(prestatieniveau van 0 tot 4)

e. Weerstand tegen kleine spatten vloeibaar metaal

(prestatieniveau van 0 tot 4)

f. Weerstand tegen grote spatten gesmolten metaal

(prestatieniveau van 0 tot 4)

De handschoenen moeten minstens prestatieniveau 1 halen inzake slijtvastheid en inzake scheurweerstand

Weerstand tegen ontvlambaarheid :

gebaseerd op de tijd die het materiaal blijft branden en gloeien nadat de ontstekingsbron verwijderd is. De naden van

de handschoen mogen na een ontstekingstijd van 15 seconden niet lossen.

Weerstand tegen contacthitte :

gebaseerd op het temperatuurbereik (100-500 °C) waarbij de drager gedurende minstens 15 seconden geen pijn voelt. Als

een EN-niveau van 3 of hoger behaald wordt, moet het product minstens een EN-niveau van 3 in de ontvlambaarheidstest halen. In het andere geval wordt het

maximumniveau voor contacthitte als niveau 2 aangeduid.

Weerstand tegen convectiehitte (geleidingshitte) :

gebaseerd op de tijd gedurende dewelke de handschoen de hitteoverdracht van een vlam kan vertragen.

Er mag alleen een prestatieniveau worden vermeld als de handschoen een prestatieniveau van 3 of 4 in de ontvlambaarheidstest behaald heeft.

Weerstand tegen stralingshitte :

gebaseerd op de tijd gedurende dewelke de handschoen de hitteoverdracht kan vertragen wanneer ze aan een bron van

stralingswarmte blootgesteld is. Er mag alleen een prestatieniveau worden vermeld als de handschoen een prestatieniveau van 3 of 4 in de ontvlambaarheidstest

behaald heeft.

Weerstand tegen kleine spatten vloeibaar metaal :

stemt overeen met de hoeveelheid gesmolten metaal die nodig is om de handschoen tot een bepaald

niveau op te warmen. Er mag alleen een prestatieniveau worden vermeld als de handschoen een prestatieniveau van 3 of 4 in de ontvlambaarheidstest behaald

heeft.

Weerstand tegen grote spatten gesmolten metaal :

stemt overeen met het gewicht van het gesmolten metaal dat nodig is om vlekjes of gaatjes te

veroorzaken in een namaakhuid die direct achter het staal aangebracht is. De test faalt als de metalen druppels op het materiaal van de handschoen blijven

kleven of als het staal ontbrandt.

NORM EN 511 : 2006 - VEILIGHEIDSHANDSCHOENEN TEGEN DE KOUDE

Deze norm is van toepassing op alle handschoenen die de handen moeten

beschermen tegen contact- en geleidingskoude tot -50 °C.

PICTOGRAM NORM

DEFINITIE EN CRITERIA

PRESTATIENIVEAU

EN 511

a b c

EN 511

De bescherming tegen koude wordt aangeduid door een pictogram gevolgd door een reeks van 3

prestatieniveaus die met specifieke beschermende eigenschappen overeenstemmen.

a. Weerstand tegen geleidingskoude

(prestatieniveau van 0 tot 4)

b. Weerstand tegen contactkoude

(prestatieniveau van 0 tot 4)

c. Doordringbaarheid van water

(prestatieniveau van 0 of 1)

De handschoenen moeten minstens prestatieniveau 1 halen inzake slijtvastheid en inzake scheurweerstand

Weerstand tegen geleidingskoude :

gebaseerd op de thermische isolatie die de handschoen biedt bij de koudeoverdracht via geleiding.

Weerstand tegen contactkoude :

gebaseerd op de thermische weerstand van het handschoenmateriaal wanneer dat aan een koud voorwerp blootgesteld

wordt.

Doordringbaarheid van water :

0 = penetratie van water na 30 minuten blootstelling; 1 = geen penetratie van water.