41
R
O
E
I
P
R
A
E
T
M A
A
R
T
2
0
1
6
Sterk en Leo van der Zandt.
Leo was nietsvermoedend
komen binnenwandelen
met Yvette en kinderen plus
aanhang, toen hij door ons
besprongen werd om hem
los te weken van zijn familie
omdat Eugène Raemaekers
(“de wandelende
encyclopedie”) wegens
ziekte verstek moest laten
gaan.
In zes ronden van tien
vragen werden de deelnemers indringend getoetst op hun kennis van Europa, in de
breedste zin van het woord. Onze start was als die bij de BTC, vliegend dus. Bereisd als
we zijn, bleken we gezamenlijk de meest uiteenlopende bezienswaardigheden van ons
continent te (her)kennen, van het trammetje in Lissabon tot de binnenstad van Praag.
In de volgende ronden
wisten we ook wel raad
met vragen als: “Waar vond
in 1805 een belangrijke
zeeslag plaats?” en
“Hoe heet de bekendste
Spaanse ham?”
Toen ondergetekende
bovendien het achterwerk
van Pipa Middleton (zus
van) herkende – met dank
aan de roddelbladen bij
zijn kapper – begonnen
we te geloven in een aansprekend eindresultaat. Deze hoop werd extra gevoed door de
tussenstand na drie ronden: Beatrix aan kop! Massaal applaus en bewonderende blikken
vielen ons ten deel. Dus nog maar een drankje besteld.
Helaas… Er kwamen vragen waar we de plank nét missloegen, zoals “In welk jaar was
Eindhoven de slimste regio van de wereld?” en “Wanneer vond de vulkaanuitbarsting
in IJsland plaats?” Maar het ging pas echt mis in de slotronde. Met Songfestivalliedjes
vanaf de jaren zeventig gingen wij – twee ingenieurs, een oogarts, een linguïst en een




