Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  41 / 119 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 41 / 119 Next Page
Page Background

5 uitvoering

41

Personenautotechnicus

Werkproces 1.5: Controleert zijn onderhoudswerkzaamheden en

rondt opdracht af

STAP 5.

CONTROLEREN

Je controleert je werkzaamheden en of deze volgens de procedures

zijn uitgevoerd.

Je controleert of de uitgevoerde werkzaamheden, gebruikte

onderdelen en afwijkingen aan het voertuig genoteerd zijn.

Je voert afval(vloei)stoffen op de voorgeschreven manier af.

Je ruimt je werkplek op en als dat nodig is, meld je defect

gereedschap en defecte apparatuur bij je begeleider.

Resultaat

Jouw beoordelaar

observeert

of jij:

• je werk controleert

• een service-interval-reset uitvoert

• afvalstoffen afvoert

• je werkplek opruimt

• je gereedschap controleert

• de serviceboekjes invult en afstempelt

Aan het einde van de opdracht ga je na of jij:

• de juiste gegevens gebruikt hebt

• de controlelijst goed gehanteerd en ingevuld hebt

• de serviceboekjes van het voertuig compleet hebt ingevuld

• de onderdelen weer deugdelijk hebt gemonteerd

• elektrische componenten weer op de juiste manier hebt

aangesloten

STAP 6.

BEOORDELEN

Je bespreekt met je beoordelaar het Resultaat van de uitgevoerde

werkzaamheden.

Resultaat

• Een ingevulde lijst met werkvolgorde en tijdsplanning.

• Formulier met werkvoorbereidingen.

• Een ingevulde controlelijst.

• Ingevulde en ondertekende beoordelingslijsten 2.1-2.3-2.5.