Anouke Bakx, Anje Ros en Erik Bolhuis - Cyclisch onderwijs ontwerpen

1.1    Onderwijs in verandering

Uit de praktijk: Doelen bereikt? Meester Boris loopt stage in groep 4/5. Op de pabo heeft hij de opdracht gekregen om leer- stof aan te bieden die de interesse van de leerlingen heeft. Hij heeft bedacht om het er na de les met de leerlingen over te hebben. Zijn verwachtingen zijn dat de kinderen willen le- ren over de oorlog, over vliegtuigen, of misschien over de boerderij. Hij schrijft alle ideeën op het bord, maar de input van de leerlingen is totaal niet wat hij had verwacht. Anke wil graag leren hoe ze goed kan samenwerken. Aukje is heel creatief en zou graag toneel willen leren spelen. Charlie en Dennis willen graag iets met de computer. Meester Boris kijkt de leerlingen verward aan en vertelt ze dat hij heel andere verwachtingen had. Verschillende leerlingen geven aan dat ze de Tweede Wereldoorlog ook wel heel interessant vinden. Dan steekt Mats zijn vinger op: ‘Meester, we kunnen toch ook over de oorlog leren met de com- puter?’ Daar is de hele klas het eigenlijk wel mee eens. Om tegemoet te komen aan de wen- sen van een aantal andere kinderen, zet meneer Boris een project op waarbij de leerlingen in groepjes gaan werken aan de Tweede Wereldoorlog, aansluitend op de kerndoelen. Hij heeft specifieke doelen gesteld, met leeruitkomsten die hij graag zou zien bij zijn leerlin- gen. In dit project komen niet de wensen/behoeften van alle leerlingen aan bod, maar wel van een aantal. Misschien zou het nog beter gekund hebben, bedenkt meneer Boris zich. De leerlingen hebben onder andere zelf informatie opgezocht op de computer, inter- views gehouden met (oude) overgrootouders, en als er moeilijkheden waren bij het sa- menwerken, hebben ze die meestal zelf opgelost. Aan het einde van het project hebben de leerlingen een quiz en een toneelstuk gemaakt over de oorlog waarin sommige situaties over het leven in de oorlog werden nagebootst. De leerlingen vonden de quiz leuk en kon- den veel vragen goed beantwoorden. Boris is nagegaan of de doelen bereikt zijn. Hij neemt zich voor om de volgende keer ook de doelen met de leerlingen samen te bespreken. Daphne van Lieshout, leerkracht in opleiding Ter overdenking: Onderwijs in 2040 Stel je voor dat het 2040 is. De leerlingen die nu naar de basisschool gaan, zijn dan inge- stroomd op de arbeidsmarkt. Bedenk wat voor (nu nog niet bestaande) beroepen deze jongvolwassenen zouden kunnen krijgen. Wat zou de rol van ICT zijn? Zouden ze samenwerken met mensen in andere landen? Welke vaardigheden zouden deze jonge mensen moeten hebben om te kunnen slagen? Hoe kunnen we hen daar nu in het basisonderwijs al op voorbereiden? Theorie: Onderwijs2032 Het advies van Platform Onderwijs2032 (2016) geeft aan dat voor het onderwijs van de toekomst de vaste basis van kennis en vaardigheden zich zou moeten beperken tot datge- ne wat alle leerlingen ten minste nodig hebben voor vervolgonderwijs en om in de maat- schappij te kunnen functioneren. Ook staat persoonsvorming centraal: ontdekken wie je bent en wat je kunt. Die basis kan in een kerncurriculum worden vastgelegd. Het kern- curriculum zou beperkt moeten zijn tot: Nederlands, Engels, rekenvaardigheid (inclusief

15

Made with FlippingBook - Online catalogs