Gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang
Competentiewijzer
9
Competentie E: Samenwerken en overleggen
Werkprocessen:
1.2 Stelt een activiteitenprogramma op
(BP 1.3, BP 2.5, Voortgangsgesprek fase 2)
Componenten:
anderen raadplegen en betrekken
Eindgedrag:
Je vraagt de mening en ideeën van kinderen en stimuleert hen om input te leveren voor het
activiteitenprogramma en schakelt indien nodig je netwerk in, zodat het activiteitenprogramma tegemoet
komt aan de wensen en behoeften van de kinderen.
1.3 Maakt een plan van aanpak
(BP 1.4, BP 2.4)
Componenten:
afstemmen
Eindgedrag:
Je bespreekt de inhoud van het plan van aanpak en de consequenties ervan met het kind en de ouders/
vervangende opvoeders, zodat zij weten wat ze kunnen verwachten als het plan van aanpak wordt
uitgevoerd.
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang
(BP 1.3, BP 2.4)
Componenten:
proactief informeren
Eindgedrag:
Je informeert de ouders/vervangende opvoeders over de gang van zaken in de opvang en over de sociaal-
emotionele ontwikkeling van het kind.
Je deelt met hen kennis en ervaring en inzichten met betrekking tot de opvoeding van het kind,
zodat je de ouders/vervangende opvoeders steeds op de hoogte houdt van de gang van zaken in de
opvang en van de ontwikkeling van hun kind en zij bij opvoedingsvraagstukken kunnen profiteren van de
kennis en ervaring die jij met hen deelt.
3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen
(BP 1.4, BP 3.1, BP 3.3)
Componenten:
afstemmen, anderen raadplegen en betrekken
Eindgedrag:
Je overlegt bij de uitvoering van de opvang en begeleiding tijdig en regelmatig met collega’s.
Je raadpleegt anderen indien nodig.
Je weet wat de consequenties zijn van jouw eigen acties.
Je stelt je zo op dat de samenwerking in het team soepel verloopt, zodat de gezamenlijke dienstverlening
eenduidig en soepel verloopt.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
de specifieke kenmerken van het
werkveld
•
•
de specifieke kenmerken van de
doelgroepen
•
•
de bevoegdheden en
verantwoordelijkheden van de
functie pedagogisch medewerker 4
kinderopvang
•
•
de regels van feedback geven en
ontvangen
•
•
communicatietechnieken
•
•
het plan van aanpak van het kind/
de jongere
•
•
de eisen van een plan van aanpak
•
•
de principes van samenwerken
•
•
samenwerken binnen een team
•
•
werkrelaties aangaan
•
•
afspraken maken en je er aan houden
•
•
een gesprek voeren
•
•
actief luisteren
•
•
een plan van aanpak opstellen
•
•
een plan van aanpak uitvoeren
•
•
een kind/de jongere begeleiden met de
doelstellingen vanuit het plan van aanpak
•
•
een zinvolle bijdrage leveren aan een
evaluatie
•
•
feedback ontvangen en op constructieve
wijze geven
•
•
kenbaar maken wat je kwaliteiten,
grenzen en valkuilen zijn
•
•
respectvol
•
•
belangstellend
•
•
empathisch
•
•
flexibel
•
•
weerbaar
•
•
gericht op
feedback
•
•
aanspreekbaar
op je gedrag
•
•
betrouwbaar
•
•
klantvriendelijk
•
•
reflectief
•
•
creatief
•
•
...................