Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  88 / 127 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 88 / 127 Next Page
Page Background

88

KWALIFICEREND DOSSIER

1.

Observatie

Doel

‘Observeren’ heeft tot doel om informatie te verzamelen over iemands

gedrag. Via het waarnemen van gedrag kan de observator vaststellen

of een student voldoet aan de bij de competenties gevraagde criteria,

en/of hij competent handelt bij het uitvoeren van een werkproces.

Werkwijze

De methode van ‘observatie’ wordt ingezet om gedrag te beoordelen.

Gedurende de uitvoering van de kwalificerende leereenheid, dus

wanneer een student aan de werkprocessen werkt, wordt hij

regelmatig geobserveerd.

De observator, tevens beoordelaar, geeft tevoren aan wanneer hij

‘observatie’ inzet als beoordelingsmethode. Daarbij zijn vooraf het

doel en de criteria, ook wel de (prestatie-)indicatoren, vastgesteld.

Met andere woorden: wat wordt geobserveerd en waar moet dit aan

voldoen?

Elke beoordelaar neemt zo objectief mogelijk waar en stelt vast

of de student voldoet aan de gestelde eisen van een werkproces,

overeenkomstig het KD. Daarnaast observeert hij of een student zich

actief inzet en let hij op de manier waarop een student kennis en

vaardigheden toepast.

De beoordeling wordt uitgedrukt door middel van een D, A, of G.

Uitvoering

Vooraf is bepaald of de student de opdracht individueel uitvoert of

samenwerkend in een groep.