Zorg & Welzijn serie 2014
8
Competentie D: Aandacht en begrip tonen
Werkprocessen:
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang
(BP 1.3, BP 2.4)
Componenten:
interesse tonen, luisteren, anderen steunen
Eindgedrag:
Je toont betrokkenheid bij het kind en de ouders/vervangende opvoeders en luistert actief en herkent
wanneer het kind het moeilijk heeft, zodat je de nodige ondersteuning kunt bieden.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
ontwikkelingspsychologie
(ontwikkeling van kinderen/jongeren
op cognitief, motorisch, sociaal en
emotioneel gebied)
•
•
(ortho)pedagogische theorieën
•
•
verschillende
communicatietechnieken
•
•
de verschillende doelgroepen
•
•
de regels van feedback geven en
ontvangen
•
•
je eigen waarden en normen
•
•
de technieken voor het opbouwen
van een vertrouwensrelatie
•
•
methoden van gegevens verzamelen
•
•
de Nederlandse taal (het eindniveau
dat behaald moet worden is 3F)
•
•
vergadertechnieken
•
•
...............................................
•
•
methoden van gegevens verzamelen
toepassen
•
•
(waardevrij) luisteren
•
•
gebruik maken van de juiste
communicatietechnieken
•
•
de communicatie en je taalgebruik
afstemmen op de doelgroep
•
•
doorvragen als de boodschap niet helder
is
•
•
actief luisteren
•
•
kwaliteitszorg bieden
•
•
gerichte observatietechnieken toepassen
•
•
je communicatie afstemmen op het niveau
van de doelgroep
•
•
je eigen waarden en normen inzetten
•
•
waarden en normen van een ander
respecteren
•
•
je mondeling en schriftelijk in de
Nederlandse taal uitdrukken (3F)
•
•
.......................................................
•
•
belangstellend
•
•
empathisch
•
•
respectvol
•
•
klantvriendelijk
•
•
representatief
•
•
coöperatief
•
•
proactief bij
dilemma’s
•
•
betrouwbaar
•
•
reflectief
•
•
flexibel
•
•
...................