11
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
aangetoond
niet aangetoond
BEGELEIDEN BIJ SPECIFIEKE ONTWIKKELINGSGERICHTE ACTIVITEITEN
Q Plannen en
organiseren
–– activiteiten plannen
–– tijd indelen
–– voortgang bewaken
P
Dit betekent dat:
• je ruim van tevoren activiteiten regelt en de benodigde tijd
inschat
• je rekening houdt met onvoorziene omstandigheden
• je de voortgang in de gaten houdt
zodat:
• je het activiteitenprogramma zoveel mogelijk volgens plan
uitvoert.
Je controleert of de bewijsstukken voldoen aan de prestatie-indicatoren in de beoordelingslijst. Bekijk je POP en je PAP.
Ga na of je volgens je leerdoelen en plan hebt kunnen werken. Controleer of je de verkregen feedback hebt verwerkt.
Je voert een voortgangsgesprek. Hierin kijk je terug op de resultaten van de beroepsprestatie en je blikt vooruit op je
leerproces. Pas op basis van de verkregen informatie je POP aan.
Het voortgangsgesprek voer je op basis van:
Bewijsstukken Kwalificerend
A.
De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
Specifieke bewijsstukken:
Werkprocessen
Competenties
B.
Een activiteitenprogramma.
1.2
E - Q
C.
Proces- en productevaluatie over de voorbereiding en
uitvoering van de activiteiten.
2.1
2.4
B - C - D - E - U
C - L - Q
D.
Verslag over het informeren van ouders/vervangende
opvoeders over het verloop van de activiteiten.
2.1
D - E
Aanvullende of vervangende bewijsstukken:
Werkprocessen
Competenties
Cesuur
De competentieontwikkeling binnen de geselecteerde werkprocessen is op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.
