CZW20120028 - page 15

KOMPAS
13
a.
Prestatie-indicatoren
Hieronder zie je een voorbeeld uit de beoordelingslijst van een beroepsprestatie. Let in de
beoordelingslijst in de kolom van de prestatie-indicatoren op de tekst:
‘Dit betekent dat:…’. Hier lees je welk gedrag jemoet aantonen. Daarna volgt ‘zodat:…’.
De tekst die hier vermeld staat, gaat uit van het gewenste effect of het gewenste gevolg
van je gedrag. Prestatie-indicatoren worden beoordeeldmet onvoldoende, voldoende of goed
en dit wordt in de kolommen naast de prestatie-indicatoren ingevuld.
Competenties
- componenten
Ontwikkelingsgericht
Prestatie-indicatoren
Werkproces 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt
D Aandacht en begrip
tonen
–– interesse tonen
–– luisteren
p
Dit betekent dat:
• je belangstelling toont voor en betrokkenheid bij de cliënt
• je actief luistert
• je doorvraagt op de verkregen informatie
zodat:
• je cliënten de benodigde informatie geeft
• de cliënten zich door jou begrepen voelen.
N Onderzoeken
–– informatie achterhalen
p
Dit betekent dat:
• je verschillende bronnen gebruikt om informatie te
verzamelen
zodat:
• je een volledig beeld hebt van de situatie en wensen van de
cliënt.
b.
Bewijsstukken
In de beoordelingslijst van de beroepsprestatie zie je ook
bewijsstukken
staan. Bewijsstukken
zijn tastbare resultaten uit beroepsprestaties of een proeve. Bij ieder resultaat en specifiek
bewijsstuk zie je direct aan welk werkproces en welke competentie dit bewijsstuk gekoppeld is.
Een van de resultaten is altijd een ingevulde beoordelingslijst van de totale beroepsprestatie
of proeve. Dit is in de beroepsprestatie en de proeve aangegevenmet
A
.
De letters
B
.,
C
. etc. zijn de
specifieke bewijsstukken
waarmee je de specifieke opdrachten
binnen een beroepsprestatie of proeve aantoont. Met het werken aan een specifiek
bewijsstuk word je uitgedaagd tot verdieping.
voldoende
goed
onvoldoende
1...,5,6,7,8,9,10,11,12,13,14 16,17,18,19,20,21,22,23,24,25,...58
Powered by FlippingBook