36
KWALIFICEREND DOSSIER
Bij de producten zijn de criteria/prestatie-indicatoren
opgenomen waaraan de producten moeten voldoen. Bij een
beoordelingsgesprek, een reflectieverslag en een presentatie zijn
criteria opgenomen waar je rekening mee moet houden. Bij de
competenties zijn de prestatie-indicatoren opgenomen aan de hand
waarvan je beoordeeld wordt. Wat je precies moet doen en welke
kennis en vaardigheden je moet inzetten, staat per werkproces in
hoofdstuk 5.
De beoordelaars zullen je per competentie beoordelen, aan de hand
van de omschreven opdracht, de beschrijving van de in te zetten
kennis en vaardigheden en de gegevens op de achterkant van het
formulier.
Na de beoordeling zal op basis van de cesuur, die omschreven staat
in paragraaf 2.4 de score voor het werkproces worden bepaald. Als
deze score onvoldoende of goed is, geven de beoordelaars in het
vak ‘Opmerkingen’ de redenen aan.
Opmerking: De competenties bij werkproces 1.4 E, J, K, Q en
S zijn voor je kwalificering kritische competenties. Bij de score
Onvoldoende wordt het bijbehorende werkproces automatisch
beoordeeld met onvoldoende.
Tot slot moeten de beoordelaars en jij zelf het formulier
ondertekenen.
In paragraaf 6.4 zit een checklist. Aan de hand van deze lijst kun je
controleren of de bewijsstukken compleet zijn.
36
Serviceverlening en bedrijfsvoering