14ZW4PWJZFB2 - page 31

Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg
Fase 2
31
Werkproces 1.3 Maakt een plan van aanpak
Gedragsbeoordeling
Competenties
De student:
G V O
E Samenwerken en overleggen
bespreekt de inhoud van het plan van aanpak en de
consequenties met de jongere en de ouders
  
Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria
Werkproces 2.1 Biedt het kind/de jongere opvang
Gedragsbeoordeling
Competenties
De student:
G V O
B Aansturen
maakt de jongere en de groep duidelijk welke
grenzen er zijn
  
toont overwicht bij het handhaven van afspraken en
regels
  
C Begeleiden
geeft de jongere heldere, eerlijke en constructieve
feedback
  
stimuleert de jongere om alternatieven uit te
proberen
  
D Aandacht en begrip tonen
toont betrokkenheid bij de jongere en de ouders
  
luistert actief naar de jongere
  
herkent wanneer de jongere het moeilijk heeft
  
biedt de nodige ondersteuning
  
E Samenwerken en overleggen
informeert de ouders over de gang van zaken in de
opvang
  
informeert de ouders over de sociaal-emotionele
ontwikkeling van de jongere
  
deelt kennis, ervaring en inzichten over de opvoeding
van de jongere met de ouders
  
U Omgaan met verandering en
aanpassen
toont respect voor de verschillende achtergronden
van jongeren (en ouders)
  
is in staat om vragen of problemen vanuit diverse
gezichtspunten te bekijken
  
respecteert de eigenheid van de jongere (en ouders)
  
K Vakdeskundigheid toepassen
herkent agressie
  
schat eventuele risico’s bij agressie in en
onderneemt tijdig actie
  
Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria
I...,21,22,23,24,25,26,27,28,29,30 32,33,34,35,36,37,38,39,40,41,...45
Powered by FlippingBook