006BTKES0017 - page 37

37

2 Plannen
Bij het invullen
van je activitei-
tenplanner kun
je doel en
thema schrif-
telijk en
mondeling
aangeven.
Je gaat werken
met een
topische lijst:
Wat? Waar?
Hoe? Wanneer?
enz.
2 Plannen
Bij het invullen
van het activitei-
tenplanner weet
je duidelijk aan
te geven voor
wie je dit maakt.
2 Plannen
Bij het invullen
van het activitei-
tenplanner kun
je de conse-
quenties voor je
keuze van
communicatie-
middelen
aangeven. Je
geeft ook aan
welke conse-
quenties je nog
niet overziet.
2 Plannen
Bij het invullen
van je activitei-
tenplanner geef
je aan welke
eigenschappen
en regels van
communicatie-
producten je
verder wilt leren
kennen.
2 Plannen
Bij het invullen
van je activitei-
tenplanner geef
je de informatie
overzichtelijk en
gestructureerd
weer.
Je geeft ook aan
structuurken-
merken van
communicatie-
producten je
verder wilt leren
kennen.
2 Plannen
Aangeven welke
kennis je nog
nodig hebt om
ruis in de
toekomst in je
communicatie-
producten te
voorkomen.
3 Voorbereiden
Bij alle talige
producten in
deze stap geef
je het doel en
thema helder
weer.
3 Voorbereiden
Je houdt bij de
talige producten
rekening met de
ontvanger.
3 Voorbereiden
Je houdt
rekening met de
consequenties
van het commu-
nicatiemiddel
bij de voorbe-
reiding.
3 Voorbereiden
Je laat zien dat
je je hebt
voorbereid op
de eisen, eigen-
schappen en
regels van het
communicatie-
middel.
3 Voorbereiden
Je laat zien dat
je je bij de
communicatie-
middelen hebt
voorbereid op
de structuur.
3 Voorbereiden
Aantonen dat je
rekening houdt
met storende
elementen die
voor kunnen
komen bij je
communicatie-
producten.
4 Uitvoeren
Bij de uitvoering
blijf je thema en
doel
vasthouden.
4 Uitvoeren
Je laat als
zender zien bij
de communi-
catie rekening
te houden met
de ontvanger.
4 Uitvoeren
Je laat zien dat
je rekening hebt
gehouden met
de conse-
quenties van
het communica-
tiemiddel.
4 Uitvoeren
Je laat zien dat
je het communi-
catiemedium
goed hebt
toegepast.
4 Uitvoeren
Je kunt de struc-
tuurkenmerken
goed toepassen.
4 Uitvoeren
Zoveel mogelijk
storingen in de
communicatie
zien te
voorkomen.
5 Controleren
Je controleert
punt a bij je
communicatie-
producten.
5 Controleren
Je controleert
punt a. en b.
5 Controleren
Je controleert a.
t/m c.
5 Controleren
Je controleert a.
t/m d.
5 Controleren
Je controleert a.
t/m e.
5 Controleren
Controleren of
aan de
conventies is
voldaan.
6 Beoordelen
Beoordeling van
a.
6 Beoordelen
Beoordeling van
a. en b.
6 Beoordelen
Beoordeling van
a. t/m c.
6 Beoordelen
Beoordeling a.
t/m d.
6 Beoordelen
Beoordeling a.
t/m e.
6 Beoordelen
Beoordelen hoe
je de ruis hebt
voorkomen of
teruggebracht.
7 Terugkijken
Aangeven hoe je
doel en thema
voor de
ontvanger hebt
toegepast.
7 Terugkijken
Aangeven hoe je
a. en b. hebt
toegepast
7 Terugkijken
Aangeven hoe je
a. t/m c. hebt
toegepast.
7 Terugkijken
Aangeven hoe je
a. t/m d. hebt
toegepast.
7 Terugkijken
Aangeven hoe je
a. t/m e. hebt
toegepast.
7 Terugkijken
Reflecteren op
je acties om ruis
in de communi-
catie zoveel
mogelijk terug
te brengen.
Bepalen welke
kennis en
vaardigheden je
nog verder moet
ontwikkelen.
I...,27,28,29,30,31,32,33,34,35,36 38,39,40,41,42,43,44,45,46,47,...57
Powered by FlippingBook