Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  72 / 84 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 72 / 84 Next Page
Page Background

72

Het economische domein

Kerntaak 4 Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie

4.1 Werkproces Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van het werk

Omschrij-

ving:

Je houdt je aan afspraken over het leveren van arbeid: op tijd en uitgerust op het werk komen, ade-

quaat en decent gekleed te gaan, je aan de kwaliteits- en productiviteitsnormen van het bedrijf aan-

passen (voor zover het de regels en waarden van de maatschappij niet overtreedt). Je stelt je

coöperatief en flexibel op maar geeft ook de grens aan als je geen verantwoordelijkheid kan dragen

voor de uit te voeren werkzaamheden.

Gewenst

resultaat:

• Je functioneert naar tevredenheid in de arbeidsorganisatie waarbij er een evenwicht is met de

eigen belangen.

Competentie Component(en)

Prestatie-indicator

Kennis en vaardigheden

Instructies en

procedures op-

volgen

• Werken con-

form voorge-

schreven proce-

dures

• Discipline tonen

Je neemt de tijd om regels en standaard

(bedrijfs)procedures te leren kennen en

handelt ernaar, zodat je je werk volgens

tevredenheid van anderen uitvoert.

• Kent de regels en procedures

van het eigen werk. B.v. t.a.v.

kledingvoorschriften, opber-

gen van gebruikte gereed-

schappen, aanwezigheid bij bij-

eenkomsten, arbeidstijden

• Schriftelijke en mondelinge

taalvaardigheid

Ethisch en inte-

ger handelen

• Ethisch hande-

len

Je geeft aan wanneer de werkzaamheden

of het gedrag in de arbeidsorganisatie al-

gemeen aanvaarde normen en waarden

overschrijdt, zodat een acceptabele

werksituatie behouden blijft.

• Kennis van ethische beginse-

len.

• Mondelinge en schriftelijke pre-

sentatievaardigheden

Kwaliteit leve-

ren

• Kwaliteits-

niveaus halen

• Productiviteits-

niveaus halen

Je kent de kwaliteitseisen van de organi-

satie en het tempo dat nodig is om de

vereiste productiviteit te halen, eist van

jezelf dat het eigen werk hieraan voldoet

en onderneemt actie om aan de eisen te

voldoen.

• Kent de kwaliteitseisen van

eigen werkomgeving

Leren

• Leren van feed-

back en fouten

• Jezelf verder wil-

len ontwikkelen

Je vraagt om feedback van collega’s en

leidinggevenden om het eigen gedrag en

functioneren aan te passen aan de eisen

van de werkomgeving.

• Schriftelijke en mondelinge

taalvaardigheid

• Kennis van manieren van

omgaan met feedback

Met druk en te-

genslag om-

gaan

• Effectief blijven

presteren onder

druk

• Constructief

omgaan met

kritiek

• Grenzen stellen

Je blijft productief werken in een stress-

volle omgeving, aanvaardt daarnaast het

krijgen van kritiek door dit te zien als een

suggestie voor verbetering en niet als

een persoonlijke aanval. Je geeft hierbij

aan wanneer de grenzen zijn bereikt, en

verwoordt daarbij de belangen van het

werk en je eigen belangen.

• Schriftelijke en mondelinge

taalvaardigheid

• Kennis en kunde van manieren

van omgaan met kritiek en

manieren om grenzen aan te

geven

Omgaan met

verandering en

aanpassen

• Aanpassen aan

veranderende

omstandig-

heden

Je houdt je op de hoogte van de verande-

ringen in de arbeidsorganisatie en onder-

kent hierbij de gevolgen voor jezelf.

Vervolgens kun je stappen ondernemen

om je aan te passen, zonder dat dit te

veel ten koste gaat van jouw eigen belan-

gen (bijvoorbeeld bij een reorganisatie).

• Technieken om vooruit te den-

ken en om voor- en nadelen af

te wegen van veranderingen

• Hulpmiddelen toepassen om

tot een planmatige aanpak

voor veranderingen te komen