Sociaal-cultureel werker
Competentiewijzer
5
Competentie B: Aansturen
Werkprocessen:
2.3 Begeleidt cliënt/groep tijdens activiteiten
(BP 1.1, BP 1.4)
Componenten:
instructies en aanwijzingen geven en diversiteit benutten
Eindgedrag:
Je kunt de activiteiten helder en duidelijk uitleggen.
Je houdt rekening met de verschillen van de deelnemers.
2.4 Zet professionals in bij de uitvoering van activiteiten
(BP 2.2, BP 3.2)
Componenten:
richting geven
Eindgedrag:
Je maakt concrete afspraken met o.a.(externe) professionals, stagiaires en vrijwilligers.
Je zorgt voor duidelijke instructies.
3.3 Voert coördinerende taken uit
(BP 2.2, BP 2.3, BP 3.2)
Componenten:
instructies en aanwijzigen geven en diversiteit benutten
Eindgedrag:
Je kunt de activiteiten helder en duidelijk uitleggen.
Je houdt rekening met de verschillen van de deelnemers.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
verschillende
begeleidingsmethodieken
•
•
(ontwikkelings)psychologie in relatie
tot de doelgroep
•
•
(ortho)pedagogiek in relatie tot de
doelgroep
•
•
communicatieve en sociale
processen
•
•
groepsprocessen/groepsdynamica
•
•
de (ontwikkelings)psychologie
•
•
de methoden van aansturen
•
•
coördineren
•
•
verschillende methoden voor
werkbegeleiding
•
•
communicatieve en sociale
processen
•
•
de verschillende gesprektechnieken
en gesprekstypen
•
•
het werkveld en de sociale kaart
•
•
sociale vaardigheden
•
•
vergadertechnieken
•
•
ICT
•
•
de Nederlandse taal op 3F niveau
•
•
een moderne vreemde taal
•
•
..............................................
•
•
adequaat sociale en communicatieve
vaardigheden toepassen in verschillende
situaties
•
•
instructies geven
•
•
coördineren
•
•
voorlichting-, advies- en
instructievaardigheden toepassen
•
•
richting geven
•
•
diversiteit benutten
•
•
motiveren/stimuleren
•
•
netwerken
•
•
externe professionals inzetten
•
•
talenten benutten
•
•
verschillende gesprekstechnieken
toepassen
•
•
een sociale kaart opstellen
•
•
planmatig werken
•
•
op een adequate manier omgaan met het
ontvangen en geven van feedback
•
•
gedragsbeïnvloeding en/of
begeleidingsmethoden
•
•
je mondeling en schriftelijk in de
Nederlandse taal uitdrukken op 3F niveau
•
•
je mondeling en schriftelijk in een
moderne vreemde taal uitdrukken
•
•
ICT-vaardigheden toepassen
•
•
.......................................................
•
•
respectvol
•
•
ondersteunend
•
•
betrouwbaar
•
•
communicatief
•
•
reflectief
•
•
doelgericht
•
•
planmatig
•
•
helder/duidelijk
•
•
initiatiefrijk
•
•
...................