VERDIEPEN IN DE BRANCHE: KRAAMZORG
7
Na een voorspoedige bevalling wordt een gezonde zoon geboren van zeven pond; de
overleden baby was eenmeisje. Na twee dagen ziekenhuis wil mevrouw Veenstra op haar
verzoek naar huis. Daar wordt zij opgevangen door jou en je begeleider. Jullie bieden
het gezin de rest van de week de kraamzorg. De eerste kraamdagen is mevrouw erg stil
en teruggetrokken. Mevrouw laat de zorg van haar zoontje aan jou over. In overlegmet
mevrouw en je begeleider neem je contact opmet de verloskundige.
Mevrouw El Feth is drie dagen geleden bevallen van eenmeisje Aicha. Jij werkt als
kraamverzorgster bij mevrouw El Feth en haar gezin. Het is je tweede dag en je doet Aicha
in bad. Als je de baby uit de wieg haalt, merk je dat haar handjes met handschoentjes zijn
ingepakt. Na het afdoen zie je dat ze helemaal rood zijn door een klontje rode klei. “Wat is
dit?” denk je. Je hebt dit nog nooit gezien en weet even niet hoe jemoet reageren.
Lotte de Boer bevalt na een zwangerschapsduur van 41 weken thuis van een dochter, Mieke.
Mieke is een forse baby en de uitdrijving heeft dan ook alles bij elkaar bijna twee uur
geduurd. Er is aardig wat druk op de schedel vanMieke uitgeoefend. Hierdoor ontstaat bij
Mieke na de bevalling een fors cephaalhematoom.
De tweede dag valt het Lotte op dat Mieke een beetje geel ziet. Zemaakt daar meteen
melding van bij jou als kraamverzorgende. Je legt haar uit dat het heel gebruikelijk is
dat baby’s een aantal dagen na de bevalling geel zien, in het bijzonder kinderenmet een
cephaalhematoom. Toch zijn Lotte en haar man Jan nog helemaal niet gerustgesteld.