35
1.7 Beproeven van
installatie
Beproeft leidingsystemen volgens de
geldende normen
Werkt veilig en volgens de milieu-
voorschriften
Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van
materialen en gereedschappen nodig voor
het beproeven van de installatie
Beproeft systematisch ter voorkoming van
tekortkomingen en lekkages
1.8 Instellen van
componenten en
installatie
Stelt toestellen en appendages in volgens
specificaties
Zorgt dat de installatie volgens specificaties
werkt
1.9 begeleiden
installatie-
werkzaamheden
Begeleidt (leerling)monteurs op duidelijke
wijze
Beantwoordt vragen van (leerling)monteurs
duidelijk
Overlegt met de klant over de uit te voeren
werkzaamheden
Overlegt met de onderaannemers/leveran-
ciers over de uit te voeren werkzaamheden
Maakt taakverdeling
Bewaakt de voortgang
1.10 Afronden
installatie-
werkzaamheden
Rapporteert klachten en incidenten
Rapporteert verbetervoorstellen
Voert afval op een milieuvriendelijke manier
af
Laat een opgeruimde en schone werkplek
achter
Ruimt gereedschap netjes op
Overlegt met de klant over het geleverde
werk
Informeert de klant over het gebruik van het
geleverde werk