CZW20120202 - page 14

12
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG - PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN - Fase 3
voldoende
goed
onvoldoende
L Materialen en
middelen inzetten
–– materialen en middelen
doelmatig gebruiken
–– geschikte materialen en
middelen kiezen
–– goed zorgdragen voor
materialen en middelen
R
Dit betekent dat:
• je voor de activiteiten de juiste materialen en middelen kiest
• je zorgvuldig en netjes met materialen en middelen omgaat
• je ervoor zorgt dat materialen en middelen onderhouden zijn
zodat:
• de doelstellingen van de dagbesteding gehaald kunnen
worden
• de activiteiten die je aanbiedt veilig en efficiënt verlopen.
Q Plannen en
organiseren
–– activiteiten plannen
–– mensen en middelen
organiseren
–– voortgang bewaken
P
Dit betekent dat:
• je activiteiten plant en regelt op het gebied van werk,
scholing en vrije tijd
• je de acties die de cliënt neemt op het gebied van werk,
scholing en vrije tijd plant en regelt
• je zorgt dat de benodigde middelen en menskracht
beschikbaar zijn
zodat:
• de activiteiten volgens planning en afspraken uitgevoerd
kunnen worden.
Werkproces 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied
C Begeleiden
–– motiveren
–– anderen ontwikkelen
T
Dit betekent dat:
• je kansen en mogelijkheden schept voor cliënten om zich te
ontwikkelen
• je cliënten motiveert om doelen te bereiken
• je feedback geeft op het gedrag van cliënten
zodat:
• door jouw acties de cliënten met een positieve instelling de
activiteiten uitvoeren
• je de cliënten in hun ontwikkeling stimuleert.
E Samenwerken en
overleggen
–– anderen raadplegen en
betrekken
T
Dit betekent dat:
• je overlegt tijdens activiteiten over je aanpak
• je tijdig hulp inschakelt bij knelpunten of onvoorziene
voorvallen
zodat:
• je de kwaliteit en de continuïteit van je begeleiding
handhaaft.
L Materialen en
middelen inzetten
–– materialen en middelen
doelmatig gebruiken
–– geschikte materialen en
middelen kiezen
–– goed zorgdragen voor
materialen en middelen
R
Dit betekent dat:
• je de juiste materialen en middelen voor de activiteiten kiest
• je zorgvuldig en netjes met materialen en middelen omgaat
• je ervoor zorgt dat materialen en middelen onderhouden zijn
zodat:
• je activiteiten veilig en efficiënt verlopen.
1...,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13 15,16,17,18
Powered by FlippingBook