Previous Page  212 / 272 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 212 / 272 Next Page
Page Background

212

|

F-pupillen De bekerwedstrijd

Wedstrijd lezen

Observeer na aanvang van de wedstrijd eerst een tijdje in stilte. ‘Lees’ de

wedstrijd. Noteer – in je hoofd of op papier – zaken die je opvallen in het

aanvallen en verdedigen. Stel jezelf daarbij steeds vragen. Wat zie ik? Niet:

hoe erg baal ik van de snelle 2-0 achterstand. Niet: wat vind ik van dit

matige spel. Wel: ik zie dat mijn spelers de bal zomaar wegschieten of

uitschieten terwijl ze de bal kunnen aannemen en richting het doel van de

tegenpartij kunnen dribbelen. Ik zie ook dat een speler regelmatig in

scoringspositie komt, maar niet op doel schiet.

Bedenk hierbij steeds welke accenten vorige week zaterdag en op de

training aan de orde zijn gekomen. Wat stond centraal in de wedstrijd?

Waar hebben we op getraind? Wat wilden we bereiken?

Hoewel jouw spelers nu hartstochtelijk bezig zijn met winnen of verliezen,

gaat het jou daar niet om. Vergeet scorebord, stand op de ranglijst en

‘witte zakdoekjes’ van ouders. Laat spelers ervaren of de eigen keuze het

gewenste resultaat heeft. Dat winnen komt dan vanzelf, door steeds beter

te leren voetballen. Moedig ze aan de bal aan te nemen, te dribbelen, te

passen en te schieten. Hou je coachopmerkingen heel simpel.

‘Probeer de bal weer af te pakken!’

‘Schiet de bal niet zomaar weg, probeer hem aan te nemen.’

‘Dribbel zo snel mogelijk richting het doel van de tegenpartij.’

‘Als je kunt schieten, moet je het doen.’

Tijdens een wedstrijd doen zich vele situaties snel achter elkaar voor. Het is

soms lastig om na afloop van een wedstrijd een objectief beeld te hebben

van wat er nu precies goed en minder goed ging. Dat vertroebelt door wat

je al eerder vond of dacht.