Previous Page  65 / 272 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 65 / 272 Next Page
Page Background

F-pupillen

|

65

Regelen (5)

Omgaan met de scheidsrechter of spelbegeleider

1 Denk aan je voorbeeldrol.

Jouw houding is belangrijk voor

het team. Zorg voor een positieve, ontspannen uitstraling,

heb contact met de spelers. Aan jou is af te lezen hoe

spelers bij omstreden beslissingen zullen reageren.

2 Maak afspraken.

De scheidsrechter heeft altijd gelijk, ook

als hij geen gelijk heeft. Geen discussie, accepteren.

Bespreek wat je doet bij ongewenst gedrag van jouw

spelers; de scheidsrechter ziet niet alles. Bijvoorbeeld

vijf minuten wissel.

3 Ken de regels.

F-pupillen en vooral hun ouders accep­

teren beslissingen soms moeilijk omdat ze de spelregels

nog niet goed kennen. Neem deze stap voor stap met

hen door. Een goede scheidsrechter neemt de tijd om een

regel uit te leggen als deze nog onduidelijk is;

4 Laat je niet gek maken.

Hoe onterecht een beslissing

soms ook is, concentreer je op het voetballen van je

spelers, negeer de scheids. Niets mooier om hem na

afloop een vriendelijke (geen triomfantelijke) hand te

geven en te bedanken voor de leuke wedstrijd.

5 Strategische positie.

Sta aan dezelfde kant van het veld

als de begeleiders van de tegenpartij. Zo heb je snel

contact als dat nodig is. Ga niet op de middenlijn staan,

om zo het spel niet te belemmeren.

6 Een slechte scheidsrechter?

De scheidsrechter is bij de

F-pupillen soms een junior, ouder of coach van de tegen­

partij die de spelregels op eigen wijze interpreteert. Kweek

begrip. Leg uit hoe moeilijk het is om scheidsrechter te zijn

en dat hij, net als spelers, ook fouten mag maken.