CZW20120041 - page 15

KOMPAS
13
Competenties
- componenten
Kwalificerend
Prestatie-indicatoren
Werkproces 1.3 Maakt een plan van aanpak
E Samenwerken en
overleggen
–– afstemmen
P
Dit betekent dat:
• je de inhoud van het plan van aanpak en de consequenties
ervan met het kind en ouders/vervangende opvoeders
bespreekt
zodat:
• je de ouders laat weten wat zij kunnen verwachten als je het
plan van aanpak uitvoert.
b.
Bewijsstukken
In de beoordelingslijst van de beroepsprestatie zie je ook
bewijsstukken
staan. Bewijsstukken
zijn tastbare resultaten uit beroepsprestaties of een proeve. Bij ieder resultaat en specifiek
bewijsstuk zie je direct aan welk werkproces en welke competentie dit bewijsstuk gekoppeld is.
Een van de resultaten is altijd een ingevulde beoordelingslijst van de totale beroepsprestatie
of proeve. Dit is in de beroepsprestatie en de proeve aangegeven met
A
.
De letters
B
.,
C
. etc. zijn de
specifieke bewijsstukken
waarmee je de specifieke opdrachten
binnen een beroepsprestatie of proeve aantoont. Met het werken aan een specifiek
bewijsstuk word je uitgedaagd tot verdieping.
Voorbeeld van specifieke bewijsstukken uit een beroepsprestatie
A.
De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
Specifieke bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
B.
Persoonsbeschrijving van het kind.
Een observatieplan.
1.1
1.1
N - R
N
C.
Plan van aanpak.
1.3
3.3
E - J
Q
D.
Evaluatieverslag.
3.3
3.8
E
D - J - M
Een voorbeeld uit de beoordelingslijst van een beroepsprestatie van de opleiding
Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang
voldoende
goed
onvoldoende
1...,5,6,7,8,9,10,11,12,13,14 16,17,18,19,20,21,22,23,24,25,...64
Powered by FlippingBook