BASISDOCUMENT BEROEPSTAAKGESTUURD LEREN
30
De scoretabel geeft een totaal overzicht van:
• de beroepstaken die je hebt uitgevoerd
• behaalde scores van D-A-G
• de ontwikkeling van je competente gedrag
• in welke complexiteit je de taken hebt uitgevoerd
De competentiescoretabel geeft overzichtelijk aan hoe je opleiding verloopt. Dit geldt voor
elk moment van de opleiding. Er zijn echter ook vooraf geplande vaststellingsmomenten.
Op die momenten bespreken de begeleiders met jou hoe je het beste verder kunt gaan met
je opleiding.
5.12 Beschrijving van de complexiteit
Je begeleider legt de moeilijkheid van de beroepstaak vast die je in een bepaalde
werksituatie uitvoert. Je voert de taken uit in oplopende moeilijkheid (complexiteit).
Complexiteit
Welke begeleiding krijg
je?
In welke situatie moet je
de opdracht uitvoeren?
Moment van uitvoering
A
(Be)geleid
Je krijgt zoveel mogelijk
leiding tijdens het
uitvoeren van de
opdracht.
Eenvoudig
Je voert een aangepaste
taak uit in een
overzichtelijke situatie.
Eerste halfjaar
B
Begeleid
Je krijgt begeleiding
tijdens het uitvoeren van
de opdracht. Je
begeleider is in de buurt.
Eenvoudig
Je voert een aangepaste
taak uit in een
overzichtelijke situatie.
Tweede halfjaar
C
Deels zelfstandig
Voor een deel voer je
zelfstandig de taak uit. Je
kunt met problemen je
begeleider raadplegen.
Standaard
De taak bestaat uit
verschillende
werkzaamheden die je in
een normale werksituatie
uitvoert.
Als beginnend
beroepsbeoefenaar.
D
Zelfstandig
Je voert de taak
zelfstandig uit.
Je begeleider is niet altijd
bij jou in de buurt. Vaak
krijg je pas aan het einde
ervan de controle van je
begeleider.
Complex
De werksituatie is niet
meer zo overzichtelijk.
Je zult zelfstandig naar
oplossingen moeten
zoeken.