Previous Page  109 / 176 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 109 / 176 Next Page
Page Background

E-pupillen

|

109

verdedigers Niels slap in? Gaat-ie plots achter Niels staan en bij de eerste beste pass

zijn ze de bal aan hem kwijt.

‘Waarom doe je dat nou steeds?’ zou hij Maaike willen vragen. ‘Waarom pass je niet

gewoon strak in?’ Maar hij houdt zich in. ‘Waarom’-vragen aan kinderen hebben geen

enkele zin.

Vraag of vertel ze liever ‘wat’ en ‘hoe’, herinnert Richard zich van zijn pupillencursus.

Hij lacht. ‘Schiet harder! Hárder schieten!’ Alsof dat helpt. Coaches zeggen altijd: je moet

harder, hoger, meer, beter, strakker. Maar hóe dan, denkt het kind. Kinderen hebben nu

eenmaal soms een ‘slap voetje’. De kou, of gewoon een offday. Was dat wat Pim daar

straks bedoelde? ‘Het zit gewoon in mijn voeten.’

Richard loopt nu toch het veld in, legt het spel stil, gaat bij Maaike staan, eist de bal

op. Dan herinnert hij zich: níet frontaal doceren. Sámen naar de situatie kijken, uitleggen,

voordoen.

‘Span je enkel, en span je voet als je schiet. Altijd. Ook al ben je moe of koud. Maak

je voet sterk.’

Een strakke pass, precies in de voeten van Camillo. Een lach breekt door op Maaikes

gezicht. Pim kijkt met interesse toe.

Coachen bij de training

Niet jij maar de speler beslist wat hij doet in een bepaalde situatie. In de wedstrijd

én op de training. Je zegt hem niet voor wat hij zou kunnen doen, maar laat het hem

zelf ontdekken. Je kunt hem wel helpen om de goede keuze te maken. Je kunt hem

ook uitdagen om na te denken over mogelijke oplossingen door het stellen van een

vraag. Maar niet door te roepen vanaf de zijlijn. Hij leert veel meer als hij al eerder

door jou is voorbereid op keuzes.

De E

-

1 oefent in een situatie van overtal, 5x3 met drie doelen.