25
5.4 Welke score kun je behalen?
De beoordelaars maken gebruik van de D-A-G-score.
De eindbeoordeling van elke projecttaak gebeurt tijdens
een beoordelingsmoment.
Bij stap 4 (Oplevering en evaluatie) bekijken de
begeleiders en jijzelf de eventuele verschillen in
beoordeling. Op basis van de bewijsstukken stellen de
beoordelaars de definitieve score vast. Met deze
uiteindelijke score wordt de monitor definitief. Jij kunt
hem als bewijsstuk opnemen in je portfolio. Tijdens het
beoordelingsmoment kun je ook verbeterpunten voor
een volgende projecttaak opstellen.
De beoordelaars stellen de kolom D-A-G en de
opmerkingen vast met de volgende gegevens:
• de kwaliteit van de producten en de feedback er op
• wat er tot dat moment in de monitor bij
‘opmerkingen’ staat
• de mening van begeleiders, docenten en/of
praktijkopleider over jou
D Deels / niet aangetoond competent gedrag
Je werkt onvoldoende volgens de prestatie-indicator
en/of je bent niet voldoende actief en/of je zet te
weinig kennis en vaardigheden in.
A Aangetoond competent gedrag
Je werkt volgens de prestatie-indicator.
Je bent actief en je zet de benodigde kennis en
vaardigheden in.
G Goed aangetoond competent gedrag
Je werkt beter dan de prestatie-indicator vraagt en je
bent proactief en je zet kennis en vaardigheden
bovengemiddeld in.