Previous Page  56 / 147 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 56 / 147 Next Page
Page Background

©

Academie

ǀ seizoen 2013/’14

Studiegids/ werkboek

55

Doelstellingen bij D-, E- en F-pupillen

Bij de jongste jeugd praten we over algemene coachdoelstellingen. Per

leeftijdscategorie kan min of meer worden voorspeld wat het probleem is tijdens de wedstrijd.

Bijvoorbeeld: eerste jaars F-jes moeten eerst baas over de bal worden. Elke leeftijdsgroep

heeft zo zijn eigen kenmerken. De trainer moet deze kenmerken kunnen vertalen naar het

voetballen van kinderen. Bij de F-jes hebben de spelers nog weinig gevoel om dingen samen

te doen. Het is 'de bal en ik'. Ze zijn erg op zichzelf gericht als ze de bal hebben en wordt

een lange dribbel naar het doel van de tegenpartij bijna vanzelfsprekend ingezet. Alle andere

spelers, zowel medespelers en tegenstanders, zwermen dan om de balbezitter heen (het

beruchte 'kluitje'). Bij de E-pupillen echter is het al duidelijk dat je medespelers kan benutten

om te scoren en wedstrijden te winnen.

E-pupillen krijgen door dat een tikkie breed het verschil kan maken in het creëren van

kansen. Ze worden daarin, bij de D-pupillen, ook steeds veeleisender. Ze zijn kritisch op

zichzelf, maar ook de kritiek naar anderen neemt toe. Zelfs naar de trainer.

Een D-pupil is al in staat om meer wedstrijdgericht te trainen en moeilijkere voetbalsituaties

te overzien. De trainer moet er wel rekening mee houden er lichamelijk nogal wat

veranderingen kunnen optreden. De eerstejaars D-pupil heeft min of meer ideale

lichaamsverhoudingen en de tweedejaars D-pupil kan te maken krijgen met een snelle

lengtegroei in een relatief korte tijd (de zogenaamde groeispurt).

Een goede voorbereiding is het halve werk

Het organiseren begint al voor de training. Op basis van de gekozen vormen (zie ‘van

wedstrijd naar training in 3 stappen’) maak je een tekening van de voetbalvorm (of je print

deze van de DVD) en schrijf je op wat je allemaal nodig hebt (pylonen, hesjes, ballen,

doeltjes). Je zorgt dat vooraf alles is geregeld om te kunnen trainen. Vervolgens zet je voor

de training, dat wat je hebt bedacht, uit op het veld. In het begin kost dat wel wat tijd en zal je

misschien de organisatie weer snel moeten veranderen en aanpassen. De voetbalvorm loopt

bijvoorbeeld niet omdat de ruimte verkeerd is gekozen; te klein, of misschien te groot. Na

verloop van tijd zal het steeds beter en sneller gaan. In het begin moet je dus rekening

houden met extra tijd die je nodig hebt om een training voor te bereiden en één en ander

klaar te zetten. De gekozen organisatie moet er in ieder geval voor zorgen dat de eisen aan

een training te zien zijn.

Op de DVD allemaal uitblinkers treft u allerlei voetbalvormen aan die u kunt gebruiken. Deze

kunt u ook printen en als voorbereiding meenemen naar het veld.

Rekening houden met leeftijdskenmerken

© Toon