Zorg & Welzijn serie 2014
38
Bewijsstuk C. Verslag over drie situaties
Werkproces 1.1 Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de hulpvraag
Competenties
De student beschrijft:
G V O
D Aandacht en begrip tonen
de hulpvraag duidelijk
hoe zij doorvraagt
hoe zij de tijd neemt om aandachtig te luisteren naar
de aard van de klacht
hoe en waarom zij zo gehandeld heeft
E Samenwerken en overleggen
hoe zij de behandelaar raadpleegt bij twijfel over de
urgentie van een (acute) situatie en de noodzaak van
een behandeling
F Ethisch en integer handelen
hoe zij de zorgvrager respecteert
hoe zij discreet omgaat met gevoelige/vertrouwelijke
informatie
hoe zij onbevooroordeeld handelt
K Vakdeskundigheid toepassen
hoe zij de klacht, de risicovolle of complexe situaties
van de zorgvrager in kaart brengt
hoe zij haar vakkennis gebruikt
T Instructies en procedures opvolgen hoe zij gebruik maakt van standaard vragenlijsten en
protocollen
V Met druk en tegenslag omgaan
hoe zij ook in stressvolle (onvoorziene of
spoedeisende) situaties gericht blijft op het werk en
de zaken die gedaan moeten worden
Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria