Gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang
Fase 1
45
3
Uitvoeren
De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de
voortgangsbeoordelingslijst.
De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover
afspraken met je begeleider(s).
Opdrachten
A. Naar aanleiding van observatie een hulpvraag formuleren en verantwoorden
Kies in overleg met je begeleider een kind met een bepaalde problematiek dat je gaat observeren om
zodoende informatie over dit kind te kunnen verzamelen. Richt je vooral op afwijkingen in ontwikkeling
en gedrag. Onderzoek en inventariseer door middel van een gesprek ook de wensen en verwachtingen
van het kind en zijn ouders.
Formuleer na dit onderzoek een passende hulpvraag voor het kind. Leg de hulpvraag en de
verantwoording van je keuzes voor aan je begeleider en vraag feedback.
Observatieverslag en hulpvraag met bijbehorende verantwoording WP 1.1: H, N, R
B. De hulpvraag van het kind vertalen in een plan van aanpak
De hulpvraag werk je uit in een plan van aanpak. Dit plan bespreek je zo mogelijk met het kind en/of
de ouders. Pas het plan van aanpak aan als uit het gesprek nieuwe informatie en/of andere wensen/
verwachtingen komen. Geef in je plan aan of, en zo ja, welke (extra) ondersteuning bij de opvang zou
kunnen worden ingeschakeld.
Plan van aanpak WP 1.3: C, E, J, M
C. Uitvoeren en evalueren van het plan van aanpak
Voer het plan van aanpak uit. Vraag zo mogelijk het kind en andere betrokkenen naar hun ervaring,
ideeën en gevoelens over de geboden opvang en begeleiding. Concludeer of de geboden opvang en
begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is bij het kind. Benoem positieve punten en/of geef
haalbare oplossingen als de voortgang in het ontwikkelingsproces niet geheel naar wens verloopt.
Verwerk de uitkomst in een kernachtig, volledig en inzichtelijk evaluatieverslag.
Geef in de evaluatie ook je mening of extra ondersteuning voor het kind nodig is en of deze geboden
kan worden door de opvang. Als dat volgens jou niet mogelijk is geef je aan waar ouders terecht kunnen
voor aanvullende of alternatieve zorg of dienstverlening voor hun kind.
Gedragsbeoordeling WP 3.3: E, Q
Evaluatieverslag WP 3.8: D, J, M
Bewijsstukken
Lever de volgende bewijsstukken aan:
• De volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
• Observatieverslag en hulpvraag met bijbehorende verantwoording
• Plan van aanpak
• Evaluatieverslag
