MBO-Verpleegkundige
Fase 3
21
Gedragsbeoordeling van het coördinerend overleg
Werkproces 1.9 Evalueert de zorgverlening
Competenties
De student:
G V O
D Aandacht en begrip tonen
vraagt cliënten en andere betrokkenen naar hun
ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden
zorg en begeleiding
luistert aandachtig en vraagt zo nodig door
brengt de verkregen informatie in bij de evaluatie
J Formuleren en rapporteren
formuleert haar bevindingen scherp, kernachtig en
op een ongecompliceerde manier
zorgt ervoor dat de evaluatie (verslaglegging) voor
alle betrokkenen inzichtelijk en begrijpelijk is
M Analyseren
haalt uit de evaluatiegegevens de belangrijkste
informatie met betrekking tot de resultaten van de
zorgverlening en de behaalde verpleegdoelen
trekt logische conclusies
vindt manieren om problemen op te lossen
stelt het verpleegplan zo nodig op een verantwoorde
manier bij
verbetert de kwaliteit van de zorgverlening
sluit of rondt de zorgverlening goed af
Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria
Gedragsbeoordeling van het coördinerend overleg
Werkproces 2.3 Geeft werkbegeleiding
Competenties
De student:
G V O
C Begeleiden
gebruikt een professionele gesprekstechniek
stimuleert studenten de grenzen van hun
mogelijkheden te verkennen
zorgt ervoor dat studenten zich optimaal kunnen
ontwikkelen als een deskundig beroepsbeoefenaar
Feedback aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria