Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  28 / 50 Next Page
Basic version Information
Show Menu
Previous Page 28 / 50 Next Page
Page Background

28

5

Evalueren

Je gaat met je met de praktijkopleider/BPV-docent/

vakdocent terugkijken op:

• Hoe je gewerkt hebt.

• Hoe je met de materialen bent omgegaan.

• Of je altijd de juiste oplossingen voor de problemen

hebt gekozen.

• Of je volgens de juiste procedures hebt gewerkt.

• Plan dit gesprek.

TOELICHTING BIJ STAP 4

Tijdens de laatste stap gaan we beoordelen en evalueren. We gaan terugkijken HOE de leerling het

werk heeft gedaan en WAT hij heeft gedaan.

Ze gaan het resultaat van de opdracht aan de werkgever (projectbegeleider / vakdocent) presenteren.

De leerling laat zien wat hij gedaan heeft.

Verder geef hij aan HOE hij tot dit resultaat is gekomen.

Vragen over het eigen leerproces komen aan bod.

• Voldoet het product aan de gestelde eisen?

• Hoe controleer je dat?

• Welk proces heb je doorlopen?

• Wat voor procedures zijn er gebruikt?

• Aan wie ben je verantwoording schuldig?

• Is de klant tevreden?

• Welke competenties zijn ontwikkeld en op welke manier?

• Welke werkwijze past bij jou?

• Wat ging er goed of niet zo goed?

• Wat zou je een volgende keer veranderen?

Deze evaluatie wordt vastgelegd in het Portfolio van de leerling.

De presentatie van WAT hij gedaan heeft, kan apart van een presentatie HOE hij het gedaan heeft. Een

samenvatting van dit gesprek wordt vastgelegd in het Portfolio. De leerling legt tevens vast welke

competenties hij moet ontwikkelen in de volgende projecttaak.

Tenslotte moet het urenverantwoordingsformulier nog ondertekend worden.

KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES

• Zie de beoordelingsmonitor van deze projecttaak.

• Zie voor de onderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Rekenen en Wiskunde en Leren,

Loopbaan en Burgerschap de eisen die vermeld staan in hoofdstuk 2 paragraaf 2.3.

STUDIEBRONNEN

• Theorieboek: bv. Kenteq Techniekstad Reader

• Het communicatiemodel

• Gesprekken met klanten

• Vergaderen

• Presenteren

• Luisteren en feedback geven

• Onderhandelen

• Schriftelijk communiceren

• Beroepshouding

• Conflicten hanteren

• Leidinggeven

• Organisatievormen